Na de Brexit en met oorlog aan de oostgrens richt het oog zich opnieuw op de Frans-Duitse as. Kan deze tandem nog richting geven aan de toekomst van Europa en is de kloof uit het verleden definitief overbrugd? Al is de ‘erfvijandschap’ sinds de laatste wereldoorlog verdampt, de geschiedenis leert dat nationale vooroordelen en clichés diepgeworteld zijn.
Een jager in het woud voert de lezer aan de hand van muziek, beeldende kunst, film en literatuur door een pijnlijke geschiedenis van vier grootschalige gewapende conflicten. Van de Frans-Duitse Oorlog (1870-1871) en het uitroepen van het Duitse keizerrijk in Versailles terug naar de napoleontische tijd en de Duitse bevrijdingsoorlogen; en dan van de loopgraven uit La Grande Guerre tot de totale catastrofe van de Tweede Wereldoorlog.
Op zoek naar een balans tussen herinneren, herdenken en vergeten bespreekt Maarten Doorman de rol van een verlicht Frankrijk en een romantisch Duitsland in de onvoorspelbare toekomst van Europa.
De schrijver
Maarten Doorman doceert cultuurfilosofie aan Maastricht University en is bijzonder hoogleraar geschiedenis van de Duitse cultuur aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Eerder verschenen van zijn hand onder andere De romantische orde (2004), Rousseau en ik (2012) en De navel van Daphne (2016).
De opzet van dit boek
Een jager in het woud voert de lezer aan de hand van muziek, beeldende kunst, film en literatuur door een pijnlijke geschiedenis van vier grootschalige gewapende conflicten tussen Frankrijk en Duitsland. Het boek bouwt voort op Doormans eerdere werk en met name op De romantische orde uit 2004, waarin hij al had geschreven over de tegenstelling tussen het verlichte Frankrijk en het romantische Duitsland. Doorman werkt dit in dit boek verder uit aan de hand van onderlinge beeldvorming.
Tegenpool of aanvulling?
Beide landen zijn elkaars tegenpolen naar het lijkt maar vullen elkaar ook mooi aan. Victor Hugo, een Franse senator, stelde bijvoorbeeld in 1840 dat Frankrijk het hoofd van Europa was en Duitsland het hart. Dat is een mooie aanvulling. Dat ze elkaar zo mooi kunnen aanvullen omdat ze zo verschillend zijn, is in het huidige Europa nog altijd een veelgehoorde opvatting. Echter, vaker vertaalde het idee van tegengestelde culturen zich naar de ‘erfvijandschap’ tussen de twee buurlanden, die in de negentiende en twintigste eeuw meermaals tot de tanden gewapend tegenover elkaar stonden: in de napoleontische oorlogen, de Frans-Duitse oorlog, de Eerste en de Tweede Wereldoorlog. Over die beeldvorming waarbij beide landen elkaars tegenpool en veelal vijand zijn gaat dit boek. Dit boek is uniek omdat wij als Nederlanders niet goed op de hoogte zijn van deze onderlinge beeldvorming. Dit boek draagt bij aan deze leemte.
De jager in het woud
De titel van dit boek verwijst naar de Germanen, de jagers in het Duitse woud, die in onder leiding van Arminius drie legioenen onder aanvoering van de Romein Varus versloegen in het Teutenborgerwoud. Keizer Augustus riep toen (naar men zegt) hij dit hoorde wanhopig: Varus Varus geef mij me legioenen terug. Julius Caesar die de Germanen aan de westzijde van de Rijn versloeg had in zijn De Bello Gallico gewaarschuwd voor deze Germanen (jagers) aan de oostzijde die in uitgestrekte wouden woonden en zeer woest waren. Varus ging tegen dit goede advies in... en hij was de enige niet... Maar deze woeste jagers gingen ook zelf op oorlogspad...
Beeldenstorm en beeldvorming
Arminius werd het boegbeeld van Duitsland. Luther gaf daar een goede aanzet toe. Hij zag Arminius, hij noemde hem Hermann, als het symbool van de goede Duitser die streed tegen Rome (net als hij deed) en hij mobiliseerde zo het Duitse bewustzijn. In de beeldende kunst verscheen Hermann in de tijd van de Romantiek als een held en in de 19de en begin 20ste eeuw herleefde dit beeld. Maar in 2009 werd de Germaanse overwinning van 2000 jaar eerder amper gevierd... De verwoestende werking van drie oorlogen in de 19de en begin 20ste eeuw (1870-1871, 1814-1818, 1940-1945) waren daar debet aan. Doorman merkt op: "na de Tweede Wereldoorlog verdween de prominente plaats van Arminius tijdens de denazificatie geleidelijk uit het Duitse onderwijs en het publieke bewustzijn". Hermann was geen held meer en was van zijn sokkel gevallen... net als bij ons Jan Pieterszoon Coen en de helden van de VOC. Geschiedenis is van tijd tot tijd een beeldenstorm. Over die beeldvorming en beeldenstorm gaat het in dit boek. Centraal staat de gespannen verhouding tussen Frankrijk en Duitsland, hun beeldvorming over elkaar en hun verwerking van hun oorlogsverleden...
Van Romantiek naar triomfantelijk nationalisme in de 19de eeuw
Duitsland is het land van de Romantiek en dat heeft het nationalisme ingekleurd. In de Romantiek kwam niet de koele ratio centraal te staan maar de emoties en de verbeelding, fantasie. De Romantiek gaf het nationalisme brandstof en energie. Bismarck bijvoorbeeld droomde van een groot Duitsland en hij wist zijn droom te verwerkelijken. In 1871 haalde Duitsland een klinkende overwinning op Frankrijk. In 1871 componeerde Brahms zijn Triomflied, dat de overwinning van Duitsland in de Frans-Pruisische Oorlog (1870-71) herdacht. Het werk werd opgedragen aan de Duitse keizer Willem I (regeerde van 1871-1888). De tekst zelf komt uit het Bijbelboek Openbaring, waarin de ondergang van Babylon wordt voorspeld, maar wordt bewust opnieuw geïnterpreteerd in politieke termen. De première vond plaats op 5 juni 1872 in Karlsruhe.
Het triomflied verloor zijn glans...
Vanwege de patriottische boodschap die verbonden was met de tijdsgeest van de Duitse eenwording, verloor het Triumphlied na de Eerste Wereldoorlog aan populariteit , ondanks de muzikale kwaliteit. Tegenwoordig is het een van Brahms' tamelijk onbekende oeuvres. Doorman merkt op: "De euforie van het nationaal succes heeft wel iets weg van vis of vers fruit: spoedig verliest het zijn glans en voor we het doorhebben is het proces van verrotting al in gang gezet. De Bijbelse passage van Brahms suggereert een hatelijk een hatelijke en smakeloze parallel tussen het verwoeste Babylon (Openbaring 17:5) en het kapotgeschoten Parijs, wat uitloopt op een halleluja dat we het liefst zo gauw mogelijk zouden vergeten, net als de puinhopen en onvoorstelbare moordpartijen van de erop volgende vijfenzeventig jaar". Ook hier vond dus een beeldenstorm plaats.
Versailles als brandpunt van het conflict
Wat ook erg pijnlijk was, wat dat In 1871 werd koning Wilhelm I van Pruisen tot Duitse keizer uitgeroepen in de Spiegelzaal van het paleis van Versailles. In dat Paleis hadden de machtige Franse keizers geleefd. Het was dus het symbool van de Franse macht. Geen wonder dat na de Eerste Wereldoorlog in Versailles het verdrag door Frankrijk werd gesmeed om Duitsland flink aan te pakken. Boontje komt om loontje maar ook dat verdrag was weer brandstof voor een nieuwe oorlog.
Rheims als plaats van oorlog en vrede
Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd de bebouwing van Reims bijna geheel verwoest door Duits artillerievuur.. Maar er kwam een opmerkelijk keer. In 1963 werd in Parijs het Frans-Duitse Vriendschapsverdrag ondertekend. De officiële viering van het verdrag vond plaats in de kathedraal van Reims met een hoogmis. Aanwezigen omschreven de ceremonie als 'de bruiloft van twee oude mannen', omdat Adenauer en De Gaulle samen voor het altaar knielden.
Beeldvorming na 1945
Doorman toont de taaiheid van nationale stereotypen aan weerszijden van de Rijn. In het Europa van na 1945 lijken ze misschien voorgoed weggevaagd door de vriendschappelijke betrekkingen Adenauer en De Gaulle die de basis legden voor een nauwe economische samenwerking. In feite gaan ze slechts gewoon verder maar dan een beetje bedekt en ondergronds en ze kunnen onder bepaalde omstandigheden weer opduiken.
Zo vermelde de cultuurfilosoof Peter Sloterdijk dat Duitsland na de Eerste Wereldoorlog niet het boetkleed aandeed. Er vond geen metanoia, bekering plaats. Dit was volgens hem wel het geval na de Tweede Wereldoorlog. Dat is een mooie analyse zou je zeggen maar het addertje zit in de staart.
Vervolgens neemt Sloterdijk Frankrijk de maat. Hij ziet bij Frankrijk ook enige weerstand tegen boete. Was De Gaulle niet wat al te triomfantelijk? In Falls Europa erwacht (1994) nam Sloterdijk Europa mijns inziens toch wel een beetje terecht de maat. Na de val van de muur was in Europa volgens Sloterdijk een machtsvacuüm ontstaan, waarin een existentiële leegte die zich al sinds 1968 zich manifesteerde was opgedoken. Deze leegte werd gevuld door consumentisme, nihilisme en een op hol geslagen amusementsindustrie. Europa nam gewoon na WO2 vakantie van het wereldtoneel en dacht dat er nooit meer oorlog zou komen volgens Sloterdijk. Duitsland nam daarbij overigens het voortouw. Duitsland was tegen bewapening omdat dit teveel deed denken aan het Derde Rijk.
Dreyfus-affaire
In deze affaire draaide het om de onterechte veroordeling van de Joods-Franse officier Alfred Dreyfus (1859-1935). Dreyfus werd er valselijk van beschuldigd een spion voor Duitsland te zijn. Dreyfus' veroordeling op 15 oktober 1894 bleek echter achteraf gebaseerd op valse verklaringen en op documenten die door de werkelijke spion – Ferdinand Walsin-Esterhazy – geformuleerd waren. Dreyfus werd uit zijn rang gezet en op 5 januari 1895 in een geheim proces tot een levenslange gevangenisstraf veroordeeld, die hij op Duivelseiland moest uitzitten. Deze affaire laat niet alleen zien dat er sprake was van antisemitisme, de gebruikelijke verklaring voor deze bizarre rechtspraak maar het geeft ook aan hoe slecht de verhoudingen waren tussen Duitsland en Frankrijk. De Fransen waren enorm bang voor Duitse spionage!!
Hart en hoofd
Beide landen kunnen een bijdrage leveren aan een stabiel Europa. Duitsland vormt het hart en Frankrijk het hoofd.. Helaas is de beeldvorming in het verleden van beide landen over elkaar tamelijk eenzijdig en negatief. Na de Brexit echter kunnen beide landen in de Europa uitgroeien tot een tandem, meent Doorman. Dat kan alleen als beide landen het verleden achter zich laten. Dat lijkt grotendeels zo te zijn maar oud zeer kan zo maar weer de kop opsteken...
Beoordeling
Doorman heeft een pittig maar ook een interessant boek geschreven. Dit boek voorziet in een leemte omdat Doorman de wederzijdse beeldvorming van Duitsland en Frankrijk weergeeft. Zo'n boek bestond nog niet. Terecht merkt Doorman op dat dé Duitser en dé Fransman niet bestaat. Een jager in het woud laat daarom slechts iets zien van de wederzijdse stereotyperingen maar de werkelijkheid is altijd complexer. Dat geeft Doorman aan het einde van zijn boek ruiterlijk toe. Tot slot, het is een knap geschreven boek. Het lezen van dit boek vraagt echter wel om ietwat doorzettingsvermogen. De informatiedichtheid is hoog.
Het boek is bestelbaar bij:
https://uitgeverijprometheus.nl/boeken/jager-in-het-woud-paperback/