De val in Genesis 3
1 De opdracht aan de mens en de ongehoorzaamheid van de mens
In Genesis 2 vers 16 en 17 staat de opdracht van God aan de mens om niet te eten van de boom van de kennis van het goed en kwaad. Doet de mens dit wel dan zal hij zeker sterven (מֹ֥ות תָּמֽוּת).
In de kanaänitische overlevering (kleitabletten gevonden in Ras Sjamra Ugarit liggend in Syrië nabij de grens van Turkije) zou het als volgt gegaan zijn: Zinnend op wraak neemt Horran de vorm aan van een slang, klimt in een boom en bedreigt daarvandaan de gehele wereld met giftige mist. De slang spuwde speeksel en beet Adammu … Wanhopig probeerde hij zich te bevrijden, maar de slangenbeet was sterker … Het gif vulde hem, de verdelger deed hem kronkelen.De dood van Adammu zou het einde van geschiedenis zijn, maar de goden grijpen nu in met slang-afwerende spreuken, waarmee ze Horrans nageslacht bedreigen. Horran begrijpt dat hij is verslagen en het gif wordt geneutraliseerd, zodat het leven verder kan gaan. De volledige onsterfelijkheid is in het conflict echter teloorgegaan, waardoor het leven alleen nog voortgang kan vinden door voortplanting (deze versie is van De Moor en Korpel en gebaseerd op een combinatie van kleitabletten maar is niet geheel onomstreden zie https://mainzerbeobachter.com/2017/01/26/ugaritische-mythologie/ ).
In de Bijbel staat dat de vrouw luisterde naar de slang en at van de boom van kennis van goed en kwaad en zij gaf ook haar man Adam te eten. Adam luisterde dus naar zijn vrouw en viel ook (Genesis 3 vers 17). Door deze ene daad van ongehoorzaamheid aan God is de zonde in de wereld gekomen (Romeinen 5 vers 19). In de Bijbel wordt de mens Adam verantwoordelijk gesteld. In Ugarit wordt Adammu gebeten door de slang zonder daar schuld aan te hebben. In de Bijbel proberen de vrouw en Adam de schuld weg te schuiven maar JHWH Elohiem stelt hen verantwoordelijk. De schuld wegschuiven is dus menselijk en heeft zich in Ugarit een weg kunnen banen maar in de Bijbel niet. Daar heeft JHWH Elohiem voor gezorgd.
2. Gods reddingsplan en Adams geloof
In de Bijbel wordt de schuld van de mens niet weggeschoven maar komt juist aan de orde gesteld en dat niet alleen! JHWH Elohiem komt ook met een reddingsplan. Zo lezen we in Genesis 3 vers 15 ' En Ik zal vijandschap zetten tussen u en tussen deze vrouw, en tussen uw zaad en tussen haar zaad; dat zal u de kop vermorzelen, en gij zult het de hielen vermorzelen.' JHWH, Hij die is, is er gelukkig bij. Want stel dat JHWH, Hij die is, er nu eens niet bij was geweest dan waren Adam en zijn vrouw vergaan (zie Psalm 124).
Adam snapt nu hij hoort van deze belofte jegens zijn vrouw dat het JHWH zij dank niet afgelopen is met hen. Hij noemt zijn vrouw Chawwa (Eva) vanuit het Hebreeuws 'leven' omdat zij moeder is geworden van alle 'levenden' (Genesis 3 vers 20). Uit deze naam blijkt dat Adam JHWH Elohiem vertrouwde. We zouden dit de eerste geloofsdaad na de val kunnen noemen. Daarna zullen er nog meer volgen... dank zij JHWH.
3. Gods reddingsplan manifesteert zich in Christus
Vanuit het Nieuwe Testament weten we dat Gods Zoon begrepen is in dit reddingsplan. Hij is aan het kruis de dood gestorven voor verloren zondaren uit het geslacht van Adam (Romeinen 5 vers 19). Hoe ontzagwekkend is de val. We hoeven maar de krant open te slaan en we zien de gevolgen van de val maar zien we die ook in eigen leven en zien we ook in dat wij daar zelf de schuld van zijn? Er is redding in Christus. Tot gevallen zondaren van het menselijke geslacht zegt Jezus: 'Ik ben plaatsvervangend dood geweest voor gevallen zondaren maar Ik leef weer en als je in Mij gelooft zul je ook voor eeuwig met Mij in het paradijs zijn' (Romeinen 5 vers 2
1 De opdracht aan de mens en de ongehoorzaamheid van de mens
In Genesis 2 vers 16 en 17 staat de opdracht van God aan de mens om niet te eten van de boom van de kennis van het goed en kwaad. Doet de mens dit wel dan zal hij zeker sterven (מֹ֥ות תָּמֽוּת).
In de kanaänitische overlevering (kleitabletten gevonden in Ras Sjamra Ugarit liggend in Syrië nabij de grens van Turkije) zou het als volgt gegaan zijn: Zinnend op wraak neemt Horran de vorm aan van een slang, klimt in een boom en bedreigt daarvandaan de gehele wereld met giftige mist. De slang spuwde speeksel en beet Adammu … Wanhopig probeerde hij zich te bevrijden, maar de slangenbeet was sterker … Het gif vulde hem, de verdelger deed hem kronkelen.De dood van Adammu zou het einde van geschiedenis zijn, maar de goden grijpen nu in met slang-afwerende spreuken, waarmee ze Horrans nageslacht bedreigen. Horran begrijpt dat hij is verslagen en het gif wordt geneutraliseerd, zodat het leven verder kan gaan. De volledige onsterfelijkheid is in het conflict echter teloorgegaan, waardoor het leven alleen nog voortgang kan vinden door voortplanting (deze versie is van De Moor en Korpel en gebaseerd op een combinatie van kleitabletten maar is niet geheel onomstreden zie https://mainzerbeobachter.com/2017/01/26/ugaritische-mythologie/ ).
In de Bijbel staat dat de vrouw luisterde naar de slang en at van de boom van kennis van goed en kwaad en zij gaf ook haar man Adam te eten. Adam luisterde dus naar zijn vrouw en viel ook (Genesis 3 vers 17). Door deze ene daad van ongehoorzaamheid aan God is de zonde in de wereld gekomen (Romeinen 5 vers 19). In de Bijbel wordt de mens Adam verantwoordelijk gesteld. In Ugarit wordt Adammu gebeten door de slang zonder daar schuld aan te hebben. In de Bijbel proberen de vrouw en Adam de schuld weg te schuiven maar JHWH Elohiem stelt hen verantwoordelijk. De schuld wegschuiven is dus menselijk en heeft zich in Ugarit een weg kunnen banen maar in de Bijbel niet. Daar heeft JHWH Elohiem voor gezorgd.
2. Gods reddingsplan en Adams geloof
In de Bijbel wordt de schuld van de mens niet weggeschoven maar komt juist aan de orde gesteld en dat niet alleen! JHWH Elohiem komt ook met een reddingsplan. Zo lezen we in Genesis 3 vers 15 ' En Ik zal vijandschap zetten tussen u en tussen deze vrouw, en tussen uw zaad en tussen haar zaad; dat zal u de kop vermorzelen, en gij zult het de hielen vermorzelen.' JHWH, Hij die is, is er gelukkig bij. Want stel dat JHWH, Hij die is, er nu eens niet bij was geweest dan waren Adam en zijn vrouw vergaan (zie Psalm 124).
Adam snapt nu hij hoort van deze belofte jegens zijn vrouw dat het JHWH zij dank niet afgelopen is met hen. Hij noemt zijn vrouw Chawwa (Eva) vanuit het Hebreeuws 'leven' omdat zij moeder is geworden van alle 'levenden' (Genesis 3 vers 20). Uit deze naam blijkt dat Adam JHWH Elohiem vertrouwde. We zouden dit de eerste geloofsdaad na de val kunnen noemen. Daarna zullen er nog meer volgen... dank zij JHWH.
3. Gods reddingsplan manifesteert zich in Christus
Vanuit het Nieuwe Testament weten we dat Gods Zoon begrepen is in dit reddingsplan. Hij is aan het kruis de dood gestorven voor verloren zondaren uit het geslacht van Adam (Romeinen 5 vers 19). Hoe ontzagwekkend is de val. We hoeven maar de krant open te slaan en we zien de gevolgen van de val maar zien we die ook in eigen leven en zien we ook in dat wij daar zelf de schuld van zijn? Er is redding in Christus. Tot gevallen zondaren van het menselijke geslacht zegt Jezus: 'Ik ben plaatsvervangend dood geweest voor gevallen zondaren maar Ik leef weer en als je in Mij gelooft zul je ook voor eeuwig met Mij in het paradijs zijn' (Romeinen 5 vers 2