Dominicanen in meervoudig perspectief.
1. Welk boek behandeld wordt
Op deze pagina bespreken het boek 'De weg van Dominicus. Predikers in de schijnwerpers. Dit boek is geschreven door diverse auteurs. Het haat om vijf bijdragen over 'de weg van Dominicus'. Elke schrijver belicht een aspect van de dominicanen. Dit boek geeft mijns inziens de dominicanen weer in meervoudig perspectief.
2. De inhoud
2.1. Ketters opsporen
In het eerste hoofdstuk wordt besproken hoe de dominicaanse bedelorde is ontstaan. Een zekere Dominicus uit Spanje zag in de 12 de eeuw met lede ogen aan hoe veel mensen op het verkeerde been werden gezet in Zuid Frankrijk door de Kartharen en Waldenzen. Dominicus was door en door Rooms en wilde de mensen bij RK houden. De Waldenzen en Kartharen trokken met hun straatprediking de mensen weg van de RK kerk. De Katharen waarschijnlijk afgeleid van katharos, zuiveraar wilden de kerk weer zuiveren maar gingen wel ver. Ze mijden al het stoffelijke dus ook de wijn en het brood van het avondmaal. Daarnaast richtte men zich op Augustinus boek De Stad van God waarin hij twee steden centraal zette: die van God en die van de wereld. Ook stelde Augustinus in zijn Belijdenis (confessie) dat het hart van de mens onrustig is en alleen rust vindt in God. Dat betekent dat mens zich moet richten op God. Er kwam eens soort geestelijke opleving, de mystici. Daarnaast had Augustinus kloosterregels samengesteld. Het was Dominicus die zich ging richten op deze regels. De RK kerk zag de teloorgang en zo kon Dominicus zijn orde oprichten. Tevens werd men aangewezen door de RK kerk om ketters te weer leggen en op te sporen, de zogenaamde inquisitie. Overigens diende de overheid de ketters te doden. Daar waagde de RK kerk zich niet aan.
2.2. Geleerde dominicanen
Om de ketters te weerleggen en op te sporen moet men wel studeren en dat deden de Dominicanen. Twee bekenden dominicaanse geleerden zijn: Albertus Magnus (Albert de Grote) en Thomas van Aquino. Beide theologen maakten gebruik van de Latijnse vertalingen van heidens filosoof Aristoteles gemaakt door de moslim die woonachtig was in Spanje, Averroës. Vooral Aquino is de grondlegger geworden voor het Roomse denken. De scholastiek ging heersen over de Schrift. Aanvankelijk werd door kerkelijke vergaderingen de Aristoteles vertalingen in het latijn van Averroës veroordeeld maar Aquino wist de heidense filosoof Aristoteles om te vormen tot een christelijk denker.
2.3. Mystieke dominicanen
Dan was er nog Meister Eckhardt. Een Duitse geleerde dominicaan die zich richtte op de mystiek. Hij was wel modern. God kan men overal ontmoeten en men heeft de heilsbemiddeling van de kerk niet nodig. Ook hij richtte zich op Aristoteles. Deze filosoof stelde dat als men zich ergens op richt men zich eerst leeg moet maken. Overigens was het hoofdwerk van Thomas van Aquino de Summa theologiae ook een beetje mystiek. In het eerste deel behandelt Aquino Gods schepping als een soort uitvloeiing uit Hem. Het tweede deel gaat over de terug weg naar Hem wat het eerste doel is van de mens om vervolgens ook de deugde leer weer te geven. In het derde deel komt de christelijke terugkeer naar God aan de orde en de sacramenten. Kortom het gaat om de terugweg naar God en om Hem weer te aanschouwen. Op dat laatste borduurde Meister Eckhardt verder. De Summa theologiae is dus gebaseerd op het neoplatonistische schema van uitvloeien en God en weer terugkeren (exitus-reditus schema). Aquino zag de schepping als een uitvloeisel van God dat door bleef gaan (emanatio en processio, twee neoplatoonse denkbeelden). Het tweede deel, de deugde leer is in de RK kerk uitgegroeid tot een moraaltheologie. Bij Aquino stond de deugd van het geloof nog voorop. Later verdween deze en werd het een goede werken leer.
1. Welk boek behandeld wordt
Op deze pagina bespreken het boek 'De weg van Dominicus. Predikers in de schijnwerpers. Dit boek is geschreven door diverse auteurs. Het haat om vijf bijdragen over 'de weg van Dominicus'. Elke schrijver belicht een aspect van de dominicanen. Dit boek geeft mijns inziens de dominicanen weer in meervoudig perspectief.
2. De inhoud
2.1. Ketters opsporen
In het eerste hoofdstuk wordt besproken hoe de dominicaanse bedelorde is ontstaan. Een zekere Dominicus uit Spanje zag in de 12 de eeuw met lede ogen aan hoe veel mensen op het verkeerde been werden gezet in Zuid Frankrijk door de Kartharen en Waldenzen. Dominicus was door en door Rooms en wilde de mensen bij RK houden. De Waldenzen en Kartharen trokken met hun straatprediking de mensen weg van de RK kerk. De Katharen waarschijnlijk afgeleid van katharos, zuiveraar wilden de kerk weer zuiveren maar gingen wel ver. Ze mijden al het stoffelijke dus ook de wijn en het brood van het avondmaal. Daarnaast richtte men zich op Augustinus boek De Stad van God waarin hij twee steden centraal zette: die van God en die van de wereld. Ook stelde Augustinus in zijn Belijdenis (confessie) dat het hart van de mens onrustig is en alleen rust vindt in God. Dat betekent dat mens zich moet richten op God. Er kwam eens soort geestelijke opleving, de mystici. Daarnaast had Augustinus kloosterregels samengesteld. Het was Dominicus die zich ging richten op deze regels. De RK kerk zag de teloorgang en zo kon Dominicus zijn orde oprichten. Tevens werd men aangewezen door de RK kerk om ketters te weer leggen en op te sporen, de zogenaamde inquisitie. Overigens diende de overheid de ketters te doden. Daar waagde de RK kerk zich niet aan.
2.2. Geleerde dominicanen
Om de ketters te weerleggen en op te sporen moet men wel studeren en dat deden de Dominicanen. Twee bekenden dominicaanse geleerden zijn: Albertus Magnus (Albert de Grote) en Thomas van Aquino. Beide theologen maakten gebruik van de Latijnse vertalingen van heidens filosoof Aristoteles gemaakt door de moslim die woonachtig was in Spanje, Averroës. Vooral Aquino is de grondlegger geworden voor het Roomse denken. De scholastiek ging heersen over de Schrift. Aanvankelijk werd door kerkelijke vergaderingen de Aristoteles vertalingen in het latijn van Averroës veroordeeld maar Aquino wist de heidense filosoof Aristoteles om te vormen tot een christelijk denker.
2.3. Mystieke dominicanen
Dan was er nog Meister Eckhardt. Een Duitse geleerde dominicaan die zich richtte op de mystiek. Hij was wel modern. God kan men overal ontmoeten en men heeft de heilsbemiddeling van de kerk niet nodig. Ook hij richtte zich op Aristoteles. Deze filosoof stelde dat als men zich ergens op richt men zich eerst leeg moet maken. Overigens was het hoofdwerk van Thomas van Aquino de Summa theologiae ook een beetje mystiek. In het eerste deel behandelt Aquino Gods schepping als een soort uitvloeiing uit Hem. Het tweede deel gaat over de terug weg naar Hem wat het eerste doel is van de mens om vervolgens ook de deugde leer weer te geven. In het derde deel komt de christelijke terugkeer naar God aan de orde en de sacramenten. Kortom het gaat om de terugweg naar God en om Hem weer te aanschouwen. Op dat laatste borduurde Meister Eckhardt verder. De Summa theologiae is dus gebaseerd op het neoplatonistische schema van uitvloeien en God en weer terugkeren (exitus-reditus schema). Aquino zag de schepping als een uitvloeisel van God dat door bleef gaan (emanatio en processio, twee neoplatoonse denkbeelden). Het tweede deel, de deugde leer is in de RK kerk uitgegroeid tot een moraaltheologie. Bij Aquino stond de deugd van het geloof nog voorop. Later verdween deze en werd het een goede werken leer.