E P Meijering
Melanchthon and Patristic Thought
The doctrines of Christ and Grace, the Trinity and the creation
Melanchthon en de scholastici
Melanchthon moest niets hebben van de speculatieve theologie van de Middeleeuwse scholastische theologen. Nieuwsgierigheid, speculatie achtte hij niet gepast. Een theoloog dient de Schrift als uitgangspunt te nemen en daar waar de Schrift zwijgt, dient men ook te zwijgen en niet verder door te speculeren... Over God weten we niet meer dan zijn geopenbaarde wil in de Schrift, was de stelregel van Melanchthon .
Door natuurlijke kennis van God (de filosofen) weet men dat als men goed leeft rechtvaardig is voor God. Dat is geen opstap naar de Schrift. Integendeel! Door het evangelie in de Schrift weet men dan men alleen door Gods genade in Christus rechtvaardig is voor God. Dat staat haaks op elkaar en ligt niet in het verlengde van elkaar. De scholastici die veel te raden gingen bij de filosofen uit de oudheid speculeerden teveel over wie God was vanuit de natuurlijke kennis (via de filosofen) en ze stelden dat de natuurlijke kennis een opstap is naar de Schrift. Melanchthon keurde dit af. Op deze manier wordt de leer van de Schrift verduisterd. Men speculeerde teveel over God en de leer van genade buiten de Schrift om. Nadenken over het geloof en doordenking van het geloof binnen het kader van de Schrift achtte Melanchthon wenselijk anders is men geen theoloog. Het geloof dient doordacht te worden (p. 4-8 en p. 141-142)
Melanchthon en de kerkvaders
De Roomse theologen stelden dat de reformatoren met een nieuwe leer kwamen op het punt van de genade. Melanchthon citeerde alleen al om die reden veel oude kerkvaders waarmee hij aantoonde dat de leer van de reformatie oude papieren heeft en geen nieuwe leer was. De leer van de reformatie staat in de lijn van de oude kerk en heeft daar veel mee gemeen (is dus algemeen, katholiek, de leer van alle tijden en plaatsen).
Melanchthon citeerde echter de oude kerkvaders niet klakkeloos. Als een echte humanistisch theoloog stelde hij de Schrift als bron boven de traditie van de kerk. Daar waar de kerkvaders afweken van de Schrift of speculatief waren, liet hij zijn afkeuring blijken (p. 138).
Melanchthon en de leer van de Drie-eenheid.
Melanchton zag zich steeds meer genoodzaakt om de oude kerkvaders te citeren vanwege de antitrinitariërs. Als een volleerd humanist ging hij te raden bij de Schrift en de oude kerkvaders. Hij kende de bronnen van de theologie (p.138).
Melanchthon nam niet alles over van de oude kerkvaders. De Arianen die Godheid van Jezus loochenden en stelden dat Jezus niet van het zelfde wezen als de Vader was, beriepen zich op de tekst uit het evangelie van Johannes 14:28 waar Jezus zei: 'De Vader is meer dan Ik'. De oude kerkvaders stelden dat Jezus dit zei naar zijn menselijke natuur. Melanchthon stelt dat het veel simpeler ligt. Jezus die van hetzelfde wezen als de Vader is zei dit vanuit Zijn Ambt en werk als Borg. Zijn Vader gaf Hem de opdracht en de taak die Hij moest vervullen. Hij sprak dus niet over Zijn wezen (ook niet over Zijn menselijke wezen) maar over Zijn werk toen Hij zei: 'De Vader is meer dan Ik' Mens werd Hij om dit werk te kunnen doen. In dit werk was Zijn vader Zijn opdrachtgever (p. 118, The Son here does not speak about His essence but about His work). .
Melanchthon en Augustinus
Ook tegenover Augustinus nam Melanchthon een zelfstandige positie in. Zo citeerde hij Augustinus wat betreft zijn erfzondeleer en leer van de genade instemmend omdat Augustinus Gods woord na sprak volgens Melanchthon maar Melanchthon keurde diens visie op de Drie-eenheid af op het punt van de sporen van de Drie-eenheid bij de mens (vestigium trinitatis). Augustinus meende dat de Drie-eenheid ook sporen nagelaten heeft in de mens en met name in diens geest (verstand, wil en gevoel als drie-eenheid, triade). De mens is gemaakt naar Gods beeld en dat beeld zou God afgedrukt hebben in de geest van de mens. Melanchthon achtte dit speculatief. Hij vond dit nergens terug in de Schrift ( p. 28-29)
Lezen met onderscheid.
Lezen met onderscheid dat was de visie van Melanchthon Men moet de oude kerkvaders en de Middeleeuwse theologen met onderscheid lezen. Melanchthon stelt dat het net is als met een bloem. Een bij haalt honing uit een bloem maar een spin gif (p. 85, bees collect honey and spiders venom out of the same flowers). Melanchton stond tegen over de Middeleeuwse vaders (de scholastici) nog kritischer. Toch pikt hij ook honing uit deze Middeleeuwse bloem en waarschuwt hij voor het gif met name bij Aquino (p.108).
De reformatie was echt nodig.
De honing in de bloem van de kerk werd steeds minder aan het einde van de Middeleeuwen. Er bevond zich steeds meer gif in de kerk. Steeds meer werd de leer van de Schrift verduisterd. Om die reden was de Reformatie hard nodig, volgens Melanchthon (p 108).
Melanchthon and Patristic Thought
The doctrines of Christ and Grace, the Trinity and the creation
Melanchthon en de scholastici
Melanchthon moest niets hebben van de speculatieve theologie van de Middeleeuwse scholastische theologen. Nieuwsgierigheid, speculatie achtte hij niet gepast. Een theoloog dient de Schrift als uitgangspunt te nemen en daar waar de Schrift zwijgt, dient men ook te zwijgen en niet verder door te speculeren... Over God weten we niet meer dan zijn geopenbaarde wil in de Schrift, was de stelregel van Melanchthon .
Door natuurlijke kennis van God (de filosofen) weet men dat als men goed leeft rechtvaardig is voor God. Dat is geen opstap naar de Schrift. Integendeel! Door het evangelie in de Schrift weet men dan men alleen door Gods genade in Christus rechtvaardig is voor God. Dat staat haaks op elkaar en ligt niet in het verlengde van elkaar. De scholastici die veel te raden gingen bij de filosofen uit de oudheid speculeerden teveel over wie God was vanuit de natuurlijke kennis (via de filosofen) en ze stelden dat de natuurlijke kennis een opstap is naar de Schrift. Melanchthon keurde dit af. Op deze manier wordt de leer van de Schrift verduisterd. Men speculeerde teveel over God en de leer van genade buiten de Schrift om. Nadenken over het geloof en doordenking van het geloof binnen het kader van de Schrift achtte Melanchthon wenselijk anders is men geen theoloog. Het geloof dient doordacht te worden (p. 4-8 en p. 141-142)
Melanchthon en de kerkvaders
De Roomse theologen stelden dat de reformatoren met een nieuwe leer kwamen op het punt van de genade. Melanchthon citeerde alleen al om die reden veel oude kerkvaders waarmee hij aantoonde dat de leer van de reformatie oude papieren heeft en geen nieuwe leer was. De leer van de reformatie staat in de lijn van de oude kerk en heeft daar veel mee gemeen (is dus algemeen, katholiek, de leer van alle tijden en plaatsen).
Melanchthon citeerde echter de oude kerkvaders niet klakkeloos. Als een echte humanistisch theoloog stelde hij de Schrift als bron boven de traditie van de kerk. Daar waar de kerkvaders afweken van de Schrift of speculatief waren, liet hij zijn afkeuring blijken (p. 138).
Melanchthon en de leer van de Drie-eenheid.
Melanchton zag zich steeds meer genoodzaakt om de oude kerkvaders te citeren vanwege de antitrinitariërs. Als een volleerd humanist ging hij te raden bij de Schrift en de oude kerkvaders. Hij kende de bronnen van de theologie (p.138).
Melanchthon nam niet alles over van de oude kerkvaders. De Arianen die Godheid van Jezus loochenden en stelden dat Jezus niet van het zelfde wezen als de Vader was, beriepen zich op de tekst uit het evangelie van Johannes 14:28 waar Jezus zei: 'De Vader is meer dan Ik'. De oude kerkvaders stelden dat Jezus dit zei naar zijn menselijke natuur. Melanchthon stelt dat het veel simpeler ligt. Jezus die van hetzelfde wezen als de Vader is zei dit vanuit Zijn Ambt en werk als Borg. Zijn Vader gaf Hem de opdracht en de taak die Hij moest vervullen. Hij sprak dus niet over Zijn wezen (ook niet over Zijn menselijke wezen) maar over Zijn werk toen Hij zei: 'De Vader is meer dan Ik' Mens werd Hij om dit werk te kunnen doen. In dit werk was Zijn vader Zijn opdrachtgever (p. 118, The Son here does not speak about His essence but about His work). .
Melanchthon en Augustinus
Ook tegenover Augustinus nam Melanchthon een zelfstandige positie in. Zo citeerde hij Augustinus wat betreft zijn erfzondeleer en leer van de genade instemmend omdat Augustinus Gods woord na sprak volgens Melanchthon maar Melanchthon keurde diens visie op de Drie-eenheid af op het punt van de sporen van de Drie-eenheid bij de mens (vestigium trinitatis). Augustinus meende dat de Drie-eenheid ook sporen nagelaten heeft in de mens en met name in diens geest (verstand, wil en gevoel als drie-eenheid, triade). De mens is gemaakt naar Gods beeld en dat beeld zou God afgedrukt hebben in de geest van de mens. Melanchthon achtte dit speculatief. Hij vond dit nergens terug in de Schrift ( p. 28-29)
Lezen met onderscheid.
Lezen met onderscheid dat was de visie van Melanchthon Men moet de oude kerkvaders en de Middeleeuwse theologen met onderscheid lezen. Melanchthon stelt dat het net is als met een bloem. Een bij haalt honing uit een bloem maar een spin gif (p. 85, bees collect honey and spiders venom out of the same flowers). Melanchton stond tegen over de Middeleeuwse vaders (de scholastici) nog kritischer. Toch pikt hij ook honing uit deze Middeleeuwse bloem en waarschuwt hij voor het gif met name bij Aquino (p.108).
De reformatie was echt nodig.
De honing in de bloem van de kerk werd steeds minder aan het einde van de Middeleeuwen. Er bevond zich steeds meer gif in de kerk. Steeds meer werd de leer van de Schrift verduisterd. Om die reden was de Reformatie hard nodig, volgens Melanchthon (p 108).