Het tweevoudige doel van de doop.
Opdat wij dan deze heilige ordening van God, tot Zijn eer, tot onze troost, en tot stichting van de gemeente uitrichten mogen, zo laat ons Zijn heilige Naam aldus aanroepen:..
Het doel
Het doel van de doop is tweevoudig namelijk tot Gods eer enerzijds en onze troost en stichting (opbouw) van de gemeente anderzijds. Hier is sprake van twee benen. Het ene been is Gods eer en het andere been is onze troost en de opbouw van de gemeente (de kant van de mens).Terloops merk ik op dat we hier de tweeslag horen die ook Calvijns hele theologie kenmerkt namelijk de eer van God en daarmee onlosmakelijk verbonden het heil van de mens (zie Marijn de Kroon, ‘De eer van God en het heil van de mens’)
Met beide benen op de grond
De doop zet de gemeente dus met beide benen op de grond. Men kan namelijk ook de eer van God zo centraal zetten dat er geen troost voor de dopeling en heel de gemeente overblijft. Men meent dan Calvijn na te spreken maar dat is niet het geval. In sommige preken gebeurt dat. God krijgt dan alle eer als de zondaar vernederd wordt, stelt men. Er wordt in dat soort preken geen troost geboden. De mens kan niets en moet maar afwachten. Er is geen heil voor zondaren waardoor er ook geen verwachten wordt geboren. Wat men leert is afwachten in plaats van verwachten. Heil is er alleen als men mag weten dat God je verkoren heeft. Zo begint men niet met de beloften geschonken door God in de tijd maar met de verkiezing van eeuwigheid.
Gods beloften voor zoekende zielen
Of wat subtieler! Men begint wel in de tijd maar dan stelt men dat het heil er alleen is voor wedergeboren kinderen van God. Nu is het juist de vraag voor een zoekende ziel hoe men daar komt. Kortom hier wordt de levendmaking geplaatst voor de nodiging tot het heil. Men leert mensen te kijken of God al begonnen is in het leven, daar stelt men ook eindeloos vragen over. Wat God allemaal in de beloften in Zijn Woord te bieden heeft voor diep gevallen zondaren zwijgt men over. De God van de doop heeft namelijk heel wat te bieden. Zeg maar gewoon alles. Het doopformulier zegt dat God elke dopeling wil zalig maken. In de doop wordt dat geheel en al onderstreept. Laat dat voor zoekende zielen duidelijk zijn.
Het inwilligen van het verbond
Toch is men met deze aanbieding niet zalig. De dopeling moet nog wel het verbond inwilligen. Daar zit het probleem want helaas vanwege het stenen hart van elke dopeling wil dat (maar) niet lukken!! En toch is de doop er met het oog op onze troost en tot de stichting (opbouw) van de gemeente, stelt het doopformulier. Dat staat als een paal boven het (doop)water. Het is zelfs zwart op wit opgetekend in het doopformulier en het wordt toegezegd aan elke dopeling. Ook is het zo dat als de dopeling het verbond inwilligt de gemeente gesticht (opgebouwd) wordt. Er wordt dan een levend lid aan de gemeente toegevoegd, tot diens troost en tot eer van God. Maar wat is de weg waarlangs deze troost verkregen wordt, God aan Zijn eer komt en de gemeente gebouwd wordt? De oorzaak van het behoud kan nooit de gevallen dopeling zelf zijn! Alle roem en eer is uitgesloten.
Het gebed
Het gebed is het geheim. Hier triomfeert de rijke genadeleer van de Reformatie die met Luther begon en tot zijn volledige uitwerking komt in het doopformulier. Het inwilligen van het verbond kan alleen als God de beloften die Hij als de Drieenige God heeft gedaan bij de doop uitwerkt in het hart van de dopeling, dat is het eerste wat we dienen te beseffen. Het tweede wat we dienen te beseffen is dat God dit in doop met alle stelligheid belooft te zullen doen aan elke dopeling maar nu komt het, Hij wil er wel om gevraagd zijn. Dat is het derde wat men dient te beseffen want zo alleen komt Hij aan Zijn eer en de dopeling aan de zaligheid. Dat leert het doopformulier ons.
Aldus aanroepen
Dit is namelijk de enige weg waarlangs de trouwe God van het genadeverbond de beloften uitwerkt in het hart van een gevallen zondaar waardoor die het verbond van harte inwilligt. Daarom volgt de oproep tot het gebed: zo laat ons zijn heilige naam 'aldus' aanroepen. Van groot belang is het kleine bijwoordje 'aldus'. Het gaat om een 'aldus' aanroepen. Dat wil zeggen 'op deze manier aanroepen' en niet anders. Het gebed dat volgt is namelijk een pleiten op de beloften die God verzegeld heeft met een eed in de doop. Voor de verzegeling van deze beloften wordt God allereerst hartelijk gedankt. Dit is reeds tot Zijn eer. Hij heeft beloofd alles te zullen doen. Maar daarna volgt er in dit gebed, tot troost van de dopeling en stichting van de gemeente, het pleiten op Gods beloften.
De ouders
Dit gebed moeten de ouders telkens herhalen... Zij voeden hun kindje op in overeenstemming met de leer in het doopformulier. Daarop hebben zij hun jawoord gegeven. Zij moeten God allereerst danken dat Hij hun kindje de gehele zaligheid beloofd heeft. Dat is tot Zijn eer. Vervolgens moeten zij God die gewillig is er om bidden dit ook daadwerkelijk te doen tot hun troost en stichting van de gemeente. Het gaat dus om een 'aldus aanroepen' dat is 'op deze manier aanroepen' namelijk pleitend op Gods beloften. Dit gebed laat tevens zien dat de doop een pleitgrond is voor elke dopeling.
Opdat wij dan deze heilige ordening van God, tot Zijn eer, tot onze troost, en tot stichting van de gemeente uitrichten mogen, zo laat ons Zijn heilige Naam aldus aanroepen:..
Het doel
Het doel van de doop is tweevoudig namelijk tot Gods eer enerzijds en onze troost en stichting (opbouw) van de gemeente anderzijds. Hier is sprake van twee benen. Het ene been is Gods eer en het andere been is onze troost en de opbouw van de gemeente (de kant van de mens).Terloops merk ik op dat we hier de tweeslag horen die ook Calvijns hele theologie kenmerkt namelijk de eer van God en daarmee onlosmakelijk verbonden het heil van de mens (zie Marijn de Kroon, ‘De eer van God en het heil van de mens’)
Met beide benen op de grond
De doop zet de gemeente dus met beide benen op de grond. Men kan namelijk ook de eer van God zo centraal zetten dat er geen troost voor de dopeling en heel de gemeente overblijft. Men meent dan Calvijn na te spreken maar dat is niet het geval. In sommige preken gebeurt dat. God krijgt dan alle eer als de zondaar vernederd wordt, stelt men. Er wordt in dat soort preken geen troost geboden. De mens kan niets en moet maar afwachten. Er is geen heil voor zondaren waardoor er ook geen verwachten wordt geboren. Wat men leert is afwachten in plaats van verwachten. Heil is er alleen als men mag weten dat God je verkoren heeft. Zo begint men niet met de beloften geschonken door God in de tijd maar met de verkiezing van eeuwigheid.
Gods beloften voor zoekende zielen
Of wat subtieler! Men begint wel in de tijd maar dan stelt men dat het heil er alleen is voor wedergeboren kinderen van God. Nu is het juist de vraag voor een zoekende ziel hoe men daar komt. Kortom hier wordt de levendmaking geplaatst voor de nodiging tot het heil. Men leert mensen te kijken of God al begonnen is in het leven, daar stelt men ook eindeloos vragen over. Wat God allemaal in de beloften in Zijn Woord te bieden heeft voor diep gevallen zondaren zwijgt men over. De God van de doop heeft namelijk heel wat te bieden. Zeg maar gewoon alles. Het doopformulier zegt dat God elke dopeling wil zalig maken. In de doop wordt dat geheel en al onderstreept. Laat dat voor zoekende zielen duidelijk zijn.
Het inwilligen van het verbond
Toch is men met deze aanbieding niet zalig. De dopeling moet nog wel het verbond inwilligen. Daar zit het probleem want helaas vanwege het stenen hart van elke dopeling wil dat (maar) niet lukken!! En toch is de doop er met het oog op onze troost en tot de stichting (opbouw) van de gemeente, stelt het doopformulier. Dat staat als een paal boven het (doop)water. Het is zelfs zwart op wit opgetekend in het doopformulier en het wordt toegezegd aan elke dopeling. Ook is het zo dat als de dopeling het verbond inwilligt de gemeente gesticht (opgebouwd) wordt. Er wordt dan een levend lid aan de gemeente toegevoegd, tot diens troost en tot eer van God. Maar wat is de weg waarlangs deze troost verkregen wordt, God aan Zijn eer komt en de gemeente gebouwd wordt? De oorzaak van het behoud kan nooit de gevallen dopeling zelf zijn! Alle roem en eer is uitgesloten.
Het gebed
Het gebed is het geheim. Hier triomfeert de rijke genadeleer van de Reformatie die met Luther begon en tot zijn volledige uitwerking komt in het doopformulier. Het inwilligen van het verbond kan alleen als God de beloften die Hij als de Drieenige God heeft gedaan bij de doop uitwerkt in het hart van de dopeling, dat is het eerste wat we dienen te beseffen. Het tweede wat we dienen te beseffen is dat God dit in doop met alle stelligheid belooft te zullen doen aan elke dopeling maar nu komt het, Hij wil er wel om gevraagd zijn. Dat is het derde wat men dient te beseffen want zo alleen komt Hij aan Zijn eer en de dopeling aan de zaligheid. Dat leert het doopformulier ons.
Aldus aanroepen
Dit is namelijk de enige weg waarlangs de trouwe God van het genadeverbond de beloften uitwerkt in het hart van een gevallen zondaar waardoor die het verbond van harte inwilligt. Daarom volgt de oproep tot het gebed: zo laat ons zijn heilige naam 'aldus' aanroepen. Van groot belang is het kleine bijwoordje 'aldus'. Het gaat om een 'aldus' aanroepen. Dat wil zeggen 'op deze manier aanroepen' en niet anders. Het gebed dat volgt is namelijk een pleiten op de beloften die God verzegeld heeft met een eed in de doop. Voor de verzegeling van deze beloften wordt God allereerst hartelijk gedankt. Dit is reeds tot Zijn eer. Hij heeft beloofd alles te zullen doen. Maar daarna volgt er in dit gebed, tot troost van de dopeling en stichting van de gemeente, het pleiten op Gods beloften.
De ouders
Dit gebed moeten de ouders telkens herhalen... Zij voeden hun kindje op in overeenstemming met de leer in het doopformulier. Daarop hebben zij hun jawoord gegeven. Zij moeten God allereerst danken dat Hij hun kindje de gehele zaligheid beloofd heeft. Dat is tot Zijn eer. Vervolgens moeten zij God die gewillig is er om bidden dit ook daadwerkelijk te doen tot hun troost en stichting van de gemeente. Het gaat dus om een 'aldus aanroepen' dat is 'op deze manier aanroepen' namelijk pleitend op Gods beloften. Dit gebed laat tevens zien dat de doop een pleitgrond is voor elke dopeling.