TIJD
GEEST
Een perspectief
op mens en tijd
Rik Torfs
‘Dat is toch niet meer van deze tijd!’ We horen het vaak. Maar wat betekent het nu precies? Hoe kunnen we de tijd waarin we leven beter begrijpen? Laten we een stapje achteruit zetten en de foto waarop we met een aarzelende glimlach staan afgebeeld, scherper bekijken. In 'Tijdgeest' beschrijft Rik Torfs de speerpunten, vooroordelen en taboes van ons hedendaagse levensgevoel. Hij bestudeert hoe ze doordringen in alle grote thema’s van het moderne leven, zoals de vrijheid van meningsuiting en haar grenzen, de nieuwe invulling van de zeven hoofdzonden, het geloof in de wetenschap, de angst voor het ongrijpbare en de kracht van het slachtofferschap. Toch is 'Tijdgeest' een optimistisch boek. Torfs geeft aan hoe we, zonder euforie of weemoed, complexloos kunnen leven in de tijd die de onze is. Wie weet slagen we erin hem mooier, ruimer en vrijer te maken. En daardoor zelf gelukkiger te worden.
Kijken door het sleutelgat
Op de voorkant is een sleutelgat getekend. Torfs laat ons door de sleutelgat kijken naar de tijdgeest. Kenmerkend voor de tijdgeest is dat oude taboes verdwijnen en er weer nieuwe ontstaan. Elke nieuwe tijd is reactionair en rekent af met het verleden. In deze boekbespreking loop ik even de hoofdstukken door om dan vervolgens met een beoordeling van dit boek te eindigen.
Vooruitgangsoptimisten
De tijdgeest vindt vooral weerklank bij vooruitgangsoptimisten. het is heel menselijk dat mensen denken dat het nu beter gaat dan vroeger. Hoop doet leven en geeft perspectief aan het leven. Maar door deze houding blijft de kritische vraag uit of we het wel zo goed doen. Meedeinen met de tijdgeest is natuurlijk wel makkelijk maar ook gevaarlijk. Anderzijds was het vroeger niet per definitie beter zoals cultuurpessimisten opperen. Vele vooruitgangsoptimisten wijzen op de slavernij die er vroeger was. Torfs echter merkt op dat je Cicero zijn slaaf Tiro zag als zijn vriend en broeder terwijl veel grote multinationals hun personeel gebruiken als loonslaven. Natuurlijk is er grote vooruitgang geboekt in de techniek maar anderzijds is ons milieu er niet beter op geworden.
Tijd in drievoud
Hegel deelde de tijd in drie periode in. De these, antithese en synthese. Om een voorbeeld te geven: vroeger was er slavernij en dat was geoorloofd (these). Daar kwamen mensen tegen in het verweer (antithese) en vervolgens kregen slaven vrijheid maar ze konden ook blijven en kregen nu loon (synthese). Er is sprake van een voortschrijdend inzicht en er is daardoor vooruitgang geboekt. Dit model (these-antithese-synthese) is van Hegel die in de 19de eeuw leefde. De eeuw waarin men optimistisch was en men geloofde in de vooruitgang. De zaken liggen echter doorgaans complexer in onze tijd meent Torfs. Individuen wordt niet altijd rechtgedaan. Een blanke man die solliciteert naar een baan bij een universiteit en heel goede papieren heeft kan zomaar deze baan mislopen als er een allochtone vrouw solliciteert. Zij behoort namelijk tot twee groeperingen waarvan we nu zeggen die staan op achterstand. In de naam van de rechtvaardigheid en gelijkheid wordt de vrijheid opgeofferd. Is hier sprake van vooruitgang? Daar zal niet iedereen ja op zeggen.
Geest
De volksgeest die zich richt op het eigen volk is uit de tijd. Het nationaalsocialisme is daar debet aan. Torfs ziet een andere geest opkomen die ook veel gevaren in zich bergt. Die hij dan ook aanwijst. Het betreft de geest van de gelijkheid en de geest van het hier en nu die de wetenschap centraal stelt. Christelijke begrippen als vergiffenis komen op de tocht te staan omdat het slachtoffer wel recht gedaan moet worden en dus geldt steeds de vergelding. Torfs gaat op dat punt wel ver mijns inziens maar hij heeft wel een punt. Een moordenaar moet gewoon straf krijgen naar mijn mening maar om nu altijd de vergelding toe te passen?
Omdat alles op het hier en nu komt te staan, gaan huwelijken kapot. In het huwelijk geldt niet de trouw maar de gelijkheidsbalans (wat je erin stopt moet je altijd terug krijgen) Het huwelijk heeft niet meer de mystieke waarde. Iets was verheven is boven de tijd en door God is ingesteld.
De wet van de vergelding vanwege het gelijkheidsdenken wordt op een haast wetenschappelijke wijze gehanteerd en niet de wet van de vergeving die altijd basis was van het christelijke huwelijk. Natuurlijk kunnen er ook dingen gebeuren die haast onomkeerbaar zijn. Toch wordt het huwelijk vaak wetenschappelijk bekeken en stelt men de vraag: wat levert het mij nog op? Zou een nieuwe partner niet beter zijn? Veelal komt men bedrogen uit. Torfs ziet het christelijke idee van vergiffenis als een mooie sleutel om relaties te herstellen. Het slachtoffer geeft zo de dader weer een nieuwe kans.
Vrijheid van meningsuiting
De vrijheid van meningsuiting is een groot goed maar kent een grens. Torfs ziet dat de moraal steeds meer gaat heersen over dit recht. Dat gebeurde eerst in de kerk. Je mening moet tot het algemene nut dienen, is dan de leuze terwijl juist de vrijheid van meningsuiting nuttig is ook al zegt iemand foute dingen. Torfs kan zich wel vinden in een grens aan deze vrijheid van meningsuiting zoal het beledigen van religies maar meent dat men zich daar al snel op beroept. Gevoelens staan hoger dan dit recht waardoor bepaalde opvattingen niet meer geuit mogen worden omdat ze anderen zouden kunnen kwetsen. Niet de kerk legt de vrijheid van meningsuiting het zwijgen op maar juist de seculiere maatschappij die niets moest hebben van de kerk omdat je daar niet mocht zeggen wat je wilde zeggen.
Universiteiten
Ooit waren universiteiten vormend van aard. De aanpak was holistisch. Professoren van diverse disciplines waren met elkaar in gesprek en waardeerden elkaar. Maar in de 20ste eeuw is het rendementsdenken onder invloed van het neoliberalisme opgekomen. Eenvoudig gezegd moeten vooral de onderzoeken die men doet bijdragen aan de bloei van de economie. Kortom de universiteit moet geld opleveren. De disciplines die daar aan bijdragen zijn in trek. Andere disciplines zoals de oude talen, Grieks en Latijn, geschiedenis, theologie worden gezien als zachte wetenschappen. Voor deze wetenschappen is maar weinig tijd en geld. Juist oude talen, geschiedenis en theologie zijn vormend van aard. Omdat onderzoek belangrijker is en geld oplevert is onderwijs van minder belang. Studenten zijn daar de dupe van. En meningen die afwijken van de maatschappelijke trend kunnen de universiteit in opspraak brengen waardoor het imago schade oploopt en dat kan weer geld kosten. Bedrijven zullen dan minder gauw geneigd zijn om onderzoek financieel te supporten.
Slachtofferschap
Direct na de tweede wereldoorlog vond de wederopbouw plaats. Dat betekende hard werken. Er was geen plaats voor slachtofferschap. Maar dat tij kantelde. Het slachtofferschap kwam steeds meer op meende ook doordat alles op de kaart van het hier en nu kwam te staan. Elk onrecht krijgt om die reden een extra accent. De toekomst en het geluk ligt in het hier en nu.
Ook op het punt van het recht lijken de wissels om te gaan. In het recht geldt dat de vermeende dader bij twijfel vrijgesproken wordt. Dat is een oude rechtsregel die de Romeinen al hanteerden (in dubio pro reo: in geval van twijfel is het voordeel voor de verdachte. Het is een principe dat een verdachte het voordeel van de twijfel moet krijgen). Toch zijn er steeds meer mensen die zeggen: bij twijfel geldt de weergave van de verdachte van de vermeende misdrijf. Torfs vraagt zich af hoelang het gaat duren dat ook de rechters deze visie in het geheel over gaan nemen of deels over gaan nemen.
De geest om door te zetten wordt steeds meer gemist volgens Torfs. De mannelijkheid is er af. Mannen mogen hun kwetsbaarheid tonen of beter gezegd moeten dat tonen en daar ligt het probleem. Wie dat toont of wie slachtoffers is, krijgt toch een beetje macht. Dat het leven lijden is, is lastig voor de mens die alles op de kaart van het hier en nu gezet heeft en het gevaar dat je nieuwe dader moet zoeken voor je eigen ongeluk ligt op de loer.
Hoofdzonden
Ook aan de zeven hoofdzonden kun je de tijdgeest herkennen. Die zonden zijn er nog steeds, want de mens bljft dezelfde maar ze zijn vaak mooi verpakt. Torfs ontmantelt ze behendig.
De zeven hoofdzonden zijn:
Geloof en wetenschap
Torfs waarschuwt voor een wetenschap die alle vragen pareert. Een wetenschap die ook gaat heersen over het geloof. Maar er is volgens Torfs ook een andere kant. Vroeger waren er meer gelovigen dan nu. Torfs stelt dat het geloof vroeger bij de meeste mensen niet diep ging. Er was niet veel over nagedacht. Men holde met de massa mee naar de kerk. Nu zijn er vele ongelovigen maar ook van hen kun je zeggen dat hun ongeloof niet diep gaat. Ze hebben er nooit echt over nagedacht maar zijn gewoon afgehaakt. Het geloof leverde hen niets op.
Een tweede punt is de handeling in deze wereld wereld steeds belangrijker werd dan het geloof in God. Eerst was het het geloof in God en ook ons handelen in deze wereld. Toen werd dan vooral ons handelen in deze wereld en tot slot werd het alleen ons handelen in deze wereld. Zo raakte het geloof uit beeld.
Rasters
In dit hoofdstuk komen de rasters ter sprake die gelegd worden over de eigen tijd in relatie tot het verleden. De eigen tijd laat volgens een aantal geleerden een breuk zien met het verleden. We leven nu in een nieuwe tijd. Torfs vindt zo'n raster veel te stellig. De breuk met het verleden is minder groot dan men denkt. Neem het debat tussen geloof en wetenschap. Dat debat is door de wetenschap gewonnen maar is er echt sprake van een verandering? Torfs signaleert een constante. Ooit was het geloof sprankelend van aard maar het werd steeds stelliger. Geloofswaarheden werden gestolde waarheden waarover niet te discussiëren valt. Die weg lijkt ook de wetenschap in te slaan. Sommige wetenschappelijke inzichten zijn gestolde waarheden geworden die niet meer bevraagd mogen worden en dan houdt volgens Torfs wetenschap op wetenschap te zijn. De kritische reden wordt dan terzijde geschoven. Kortom de constante in de geschiedenis is dat de mens zo maar kan verstarren. Hetzij op het punt van het geloof als op het punt van de wetenschap.
Tijdgeest
In dit hoofdstuk doet Torfs een voorstel om met de tijdgeest om te gaan. Hij meent dat humor de beste remedie is. Humor zorg voor relativering en dat is nu juist net nodig volgens Torfs. De tijdgeest kent vele nieuwe taboes. Zaken waarover niet meer gediscussieerd kan worden. Humor kan dan een methode zijn om de tijdgeest aan de kaak te stellen. Torfs vindt het alarmerend dat als mensen op slechts één punt een afwijkend standpunt hebben zij meteen als gesprekspartner worden afgeschreven. Hij vraagt zich af of men nog instaat is om naar anderen te luisteren. Die bereidheid lijkt steeds meer af te nemen en dat is best zorgelijk.
Beoordeling
Torfs schrijft boeiend en je hoeft het inhoudelijk niet met alles eens te zijn wat hij schrijft. Torfs laat je wel door het sleutelgat kijken naar de tijdgeest. Doordat de opening van het sleutelgat nauw is, bestaat wel het gevaar dat je een karikatuur van de tijdgeest krijgt. De tijdgeest is ongetwijfeld veel diverser dan Torfs ons laat zien maar dan is niet erg. Torfs zet je op een humorist wijze aan het denken en hij ondersteunt zijn visie op de tijdgeest met boeiende verhalen en anecdotes maar ook met de nodige humor en relativering.
Het boek kun je bestellen bij:
https://ertsberg.be/boek/tijdgeest/
https://www.bol.com/nl/nl/f/tijdgeest/9300000129017304/
https://www.boekmeter.nl/book/104827
GEEST
Een perspectief
op mens en tijd
Rik Torfs
‘Dat is toch niet meer van deze tijd!’ We horen het vaak. Maar wat betekent het nu precies? Hoe kunnen we de tijd waarin we leven beter begrijpen? Laten we een stapje achteruit zetten en de foto waarop we met een aarzelende glimlach staan afgebeeld, scherper bekijken. In 'Tijdgeest' beschrijft Rik Torfs de speerpunten, vooroordelen en taboes van ons hedendaagse levensgevoel. Hij bestudeert hoe ze doordringen in alle grote thema’s van het moderne leven, zoals de vrijheid van meningsuiting en haar grenzen, de nieuwe invulling van de zeven hoofdzonden, het geloof in de wetenschap, de angst voor het ongrijpbare en de kracht van het slachtofferschap. Toch is 'Tijdgeest' een optimistisch boek. Torfs geeft aan hoe we, zonder euforie of weemoed, complexloos kunnen leven in de tijd die de onze is. Wie weet slagen we erin hem mooier, ruimer en vrijer te maken. En daardoor zelf gelukkiger te worden.
Kijken door het sleutelgat
Op de voorkant is een sleutelgat getekend. Torfs laat ons door de sleutelgat kijken naar de tijdgeest. Kenmerkend voor de tijdgeest is dat oude taboes verdwijnen en er weer nieuwe ontstaan. Elke nieuwe tijd is reactionair en rekent af met het verleden. In deze boekbespreking loop ik even de hoofdstukken door om dan vervolgens met een beoordeling van dit boek te eindigen.
Vooruitgangsoptimisten
De tijdgeest vindt vooral weerklank bij vooruitgangsoptimisten. het is heel menselijk dat mensen denken dat het nu beter gaat dan vroeger. Hoop doet leven en geeft perspectief aan het leven. Maar door deze houding blijft de kritische vraag uit of we het wel zo goed doen. Meedeinen met de tijdgeest is natuurlijk wel makkelijk maar ook gevaarlijk. Anderzijds was het vroeger niet per definitie beter zoals cultuurpessimisten opperen. Vele vooruitgangsoptimisten wijzen op de slavernij die er vroeger was. Torfs echter merkt op dat je Cicero zijn slaaf Tiro zag als zijn vriend en broeder terwijl veel grote multinationals hun personeel gebruiken als loonslaven. Natuurlijk is er grote vooruitgang geboekt in de techniek maar anderzijds is ons milieu er niet beter op geworden.
Tijd in drievoud
Hegel deelde de tijd in drie periode in. De these, antithese en synthese. Om een voorbeeld te geven: vroeger was er slavernij en dat was geoorloofd (these). Daar kwamen mensen tegen in het verweer (antithese) en vervolgens kregen slaven vrijheid maar ze konden ook blijven en kregen nu loon (synthese). Er is sprake van een voortschrijdend inzicht en er is daardoor vooruitgang geboekt. Dit model (these-antithese-synthese) is van Hegel die in de 19de eeuw leefde. De eeuw waarin men optimistisch was en men geloofde in de vooruitgang. De zaken liggen echter doorgaans complexer in onze tijd meent Torfs. Individuen wordt niet altijd rechtgedaan. Een blanke man die solliciteert naar een baan bij een universiteit en heel goede papieren heeft kan zomaar deze baan mislopen als er een allochtone vrouw solliciteert. Zij behoort namelijk tot twee groeperingen waarvan we nu zeggen die staan op achterstand. In de naam van de rechtvaardigheid en gelijkheid wordt de vrijheid opgeofferd. Is hier sprake van vooruitgang? Daar zal niet iedereen ja op zeggen.
Geest
De volksgeest die zich richt op het eigen volk is uit de tijd. Het nationaalsocialisme is daar debet aan. Torfs ziet een andere geest opkomen die ook veel gevaren in zich bergt. Die hij dan ook aanwijst. Het betreft de geest van de gelijkheid en de geest van het hier en nu die de wetenschap centraal stelt. Christelijke begrippen als vergiffenis komen op de tocht te staan omdat het slachtoffer wel recht gedaan moet worden en dus geldt steeds de vergelding. Torfs gaat op dat punt wel ver mijns inziens maar hij heeft wel een punt. Een moordenaar moet gewoon straf krijgen naar mijn mening maar om nu altijd de vergelding toe te passen?
Omdat alles op het hier en nu komt te staan, gaan huwelijken kapot. In het huwelijk geldt niet de trouw maar de gelijkheidsbalans (wat je erin stopt moet je altijd terug krijgen) Het huwelijk heeft niet meer de mystieke waarde. Iets was verheven is boven de tijd en door God is ingesteld.
De wet van de vergelding vanwege het gelijkheidsdenken wordt op een haast wetenschappelijke wijze gehanteerd en niet de wet van de vergeving die altijd basis was van het christelijke huwelijk. Natuurlijk kunnen er ook dingen gebeuren die haast onomkeerbaar zijn. Toch wordt het huwelijk vaak wetenschappelijk bekeken en stelt men de vraag: wat levert het mij nog op? Zou een nieuwe partner niet beter zijn? Veelal komt men bedrogen uit. Torfs ziet het christelijke idee van vergiffenis als een mooie sleutel om relaties te herstellen. Het slachtoffer geeft zo de dader weer een nieuwe kans.
Vrijheid van meningsuiting
De vrijheid van meningsuiting is een groot goed maar kent een grens. Torfs ziet dat de moraal steeds meer gaat heersen over dit recht. Dat gebeurde eerst in de kerk. Je mening moet tot het algemene nut dienen, is dan de leuze terwijl juist de vrijheid van meningsuiting nuttig is ook al zegt iemand foute dingen. Torfs kan zich wel vinden in een grens aan deze vrijheid van meningsuiting zoal het beledigen van religies maar meent dat men zich daar al snel op beroept. Gevoelens staan hoger dan dit recht waardoor bepaalde opvattingen niet meer geuit mogen worden omdat ze anderen zouden kunnen kwetsen. Niet de kerk legt de vrijheid van meningsuiting het zwijgen op maar juist de seculiere maatschappij die niets moest hebben van de kerk omdat je daar niet mocht zeggen wat je wilde zeggen.
Universiteiten
Ooit waren universiteiten vormend van aard. De aanpak was holistisch. Professoren van diverse disciplines waren met elkaar in gesprek en waardeerden elkaar. Maar in de 20ste eeuw is het rendementsdenken onder invloed van het neoliberalisme opgekomen. Eenvoudig gezegd moeten vooral de onderzoeken die men doet bijdragen aan de bloei van de economie. Kortom de universiteit moet geld opleveren. De disciplines die daar aan bijdragen zijn in trek. Andere disciplines zoals de oude talen, Grieks en Latijn, geschiedenis, theologie worden gezien als zachte wetenschappen. Voor deze wetenschappen is maar weinig tijd en geld. Juist oude talen, geschiedenis en theologie zijn vormend van aard. Omdat onderzoek belangrijker is en geld oplevert is onderwijs van minder belang. Studenten zijn daar de dupe van. En meningen die afwijken van de maatschappelijke trend kunnen de universiteit in opspraak brengen waardoor het imago schade oploopt en dat kan weer geld kosten. Bedrijven zullen dan minder gauw geneigd zijn om onderzoek financieel te supporten.
Slachtofferschap
Direct na de tweede wereldoorlog vond de wederopbouw plaats. Dat betekende hard werken. Er was geen plaats voor slachtofferschap. Maar dat tij kantelde. Het slachtofferschap kwam steeds meer op meende ook doordat alles op de kaart van het hier en nu kwam te staan. Elk onrecht krijgt om die reden een extra accent. De toekomst en het geluk ligt in het hier en nu.
Ook op het punt van het recht lijken de wissels om te gaan. In het recht geldt dat de vermeende dader bij twijfel vrijgesproken wordt. Dat is een oude rechtsregel die de Romeinen al hanteerden (in dubio pro reo: in geval van twijfel is het voordeel voor de verdachte. Het is een principe dat een verdachte het voordeel van de twijfel moet krijgen). Toch zijn er steeds meer mensen die zeggen: bij twijfel geldt de weergave van de verdachte van de vermeende misdrijf. Torfs vraagt zich af hoelang het gaat duren dat ook de rechters deze visie in het geheel over gaan nemen of deels over gaan nemen.
De geest om door te zetten wordt steeds meer gemist volgens Torfs. De mannelijkheid is er af. Mannen mogen hun kwetsbaarheid tonen of beter gezegd moeten dat tonen en daar ligt het probleem. Wie dat toont of wie slachtoffers is, krijgt toch een beetje macht. Dat het leven lijden is, is lastig voor de mens die alles op de kaart van het hier en nu gezet heeft en het gevaar dat je nieuwe dader moet zoeken voor je eigen ongeluk ligt op de loer.
Hoofdzonden
Ook aan de zeven hoofdzonden kun je de tijdgeest herkennen. Die zonden zijn er nog steeds, want de mens bljft dezelfde maar ze zijn vaak mooi verpakt. Torfs ontmantelt ze behendig.
De zeven hoofdzonden zijn:
- Superbia (hoogmoed - hovaardigheid - ijdelheid)
- Avaritia (hebzucht - gierigheid)
- Luxuria ( onkuisheid wellust)
- Invidia (jaloezie)
- Gula (onmatigheid - gulzigheid - vraatzucht
- Ira (emotionele wraak gramschap - chagrijn)
- Acedia (gemakzucht - traagheid - luiheid - vadsigheid - gebrek aan voortvarendheid c.q. ijver
Geloof en wetenschap
Torfs waarschuwt voor een wetenschap die alle vragen pareert. Een wetenschap die ook gaat heersen over het geloof. Maar er is volgens Torfs ook een andere kant. Vroeger waren er meer gelovigen dan nu. Torfs stelt dat het geloof vroeger bij de meeste mensen niet diep ging. Er was niet veel over nagedacht. Men holde met de massa mee naar de kerk. Nu zijn er vele ongelovigen maar ook van hen kun je zeggen dat hun ongeloof niet diep gaat. Ze hebben er nooit echt over nagedacht maar zijn gewoon afgehaakt. Het geloof leverde hen niets op.
Een tweede punt is de handeling in deze wereld wereld steeds belangrijker werd dan het geloof in God. Eerst was het het geloof in God en ook ons handelen in deze wereld. Toen werd dan vooral ons handelen in deze wereld en tot slot werd het alleen ons handelen in deze wereld. Zo raakte het geloof uit beeld.
Rasters
In dit hoofdstuk komen de rasters ter sprake die gelegd worden over de eigen tijd in relatie tot het verleden. De eigen tijd laat volgens een aantal geleerden een breuk zien met het verleden. We leven nu in een nieuwe tijd. Torfs vindt zo'n raster veel te stellig. De breuk met het verleden is minder groot dan men denkt. Neem het debat tussen geloof en wetenschap. Dat debat is door de wetenschap gewonnen maar is er echt sprake van een verandering? Torfs signaleert een constante. Ooit was het geloof sprankelend van aard maar het werd steeds stelliger. Geloofswaarheden werden gestolde waarheden waarover niet te discussiëren valt. Die weg lijkt ook de wetenschap in te slaan. Sommige wetenschappelijke inzichten zijn gestolde waarheden geworden die niet meer bevraagd mogen worden en dan houdt volgens Torfs wetenschap op wetenschap te zijn. De kritische reden wordt dan terzijde geschoven. Kortom de constante in de geschiedenis is dat de mens zo maar kan verstarren. Hetzij op het punt van het geloof als op het punt van de wetenschap.
Tijdgeest
In dit hoofdstuk doet Torfs een voorstel om met de tijdgeest om te gaan. Hij meent dat humor de beste remedie is. Humor zorg voor relativering en dat is nu juist net nodig volgens Torfs. De tijdgeest kent vele nieuwe taboes. Zaken waarover niet meer gediscussieerd kan worden. Humor kan dan een methode zijn om de tijdgeest aan de kaak te stellen. Torfs vindt het alarmerend dat als mensen op slechts één punt een afwijkend standpunt hebben zij meteen als gesprekspartner worden afgeschreven. Hij vraagt zich af of men nog instaat is om naar anderen te luisteren. Die bereidheid lijkt steeds meer af te nemen en dat is best zorgelijk.
Beoordeling
Torfs schrijft boeiend en je hoeft het inhoudelijk niet met alles eens te zijn wat hij schrijft. Torfs laat je wel door het sleutelgat kijken naar de tijdgeest. Doordat de opening van het sleutelgat nauw is, bestaat wel het gevaar dat je een karikatuur van de tijdgeest krijgt. De tijdgeest is ongetwijfeld veel diverser dan Torfs ons laat zien maar dan is niet erg. Torfs zet je op een humorist wijze aan het denken en hij ondersteunt zijn visie op de tijdgeest met boeiende verhalen en anecdotes maar ook met de nodige humor en relativering.
Het boek kun je bestellen bij:
https://ertsberg.be/boek/tijdgeest/
https://www.bol.com/nl/nl/f/tijdgeest/9300000129017304/
https://www.boekmeter.nl/book/104827