Dr. Dirk Monshouwer (1947-2000)
Het hart van Thora
Thora is meer dan de eisende wet
In dit boek laat Monshouwer zien dat het hart van Thora druipt van het bloed van de vergeving. Meestal vertaalt men Thora met wet en dan denkt men alleen aan de tien geboden die Mozes gaf. Thora heeft zodoende een negatieve klant gekregen. Thora is dan de eisende wet van God en voor die wet schiet iedereen tekort. Thora is echter meer dan de eisende wet.
De verklaring van de titel van dit boek
Inderdaad vormen de 10 geboden een onderdeel van Thora. Toch is Thora meer dan dat. De Jood Martin Buber vertaalt Thora met WEISUNG dat wil zeggen richtingaanwijzer. Thora geeft de goede richting aan het leven.
Monshouwer stelt dat het hart van Thora het boek Leviticus is. Het is het middelste boek van de 5 boeken van Thora. Het midden van Leviticus is ongeveer Leviticus 16. Leviticus 16 is het centrum en het hart van Thora. Hier klopt het vergevingsgezinde hart van Gods voor zondaren. In Leviticus 16 staat namelijk de grote verzoendag centraal (jom kippoer). Deze verzoendag wijst heen naar het grote zoenoffer op Golgotha door Jezus. Zo bezien is Thora niet zuiver wet maar reeds evangelie in de knop (Kohlbrugge). In het Nieuwe Testament gaat de bloem van het evangelie helemaal open met de komst van Jezus.
De uitwaaiering van Leviticus 16
De vergeving is het centrum en hart van Thora. Vanuit die vergeving wordt men opgeroepen om God en de naaste te dienen. De heiligheidswetten in Leviticus, die stellen dat men heilig voor God moet leven, hebben hun draagvlak in Leviticus 16. Alleen vanuit het Offer kan men weer rein leven voor God. Telkens heeft men dit Offer nodig omdat men Gods eisen in eigen kracht niet kan volbrengen. Thora is dus veel meer dan wet. Het geeft door de vergevende kracht van het bloed van Jezus (Leviticus 16) ook richting aan het leven. Men gaat het leven inrichten overeenkomstig Gods wil en wet. Dit kan alleen door Zijn vergevende kracht. Zo vangt het nieuwe leven aan.
Luther en de ceremoniën in Thora
In een verhandeling over Hebreeën 9:11-15 over de Hogepriester Jezus stelt Luther dat Jezus het hogepriesterschap van het Oude Testament vervuld. In het Oude Testament is Hij in de schaduw en knop aanwezig (zoals in Leviticus 16). Pas in het Nieuwe Testament is Hij er Zelf als de Zon en de Roos van Saron. In Thora is Jezus dus in knop aanwezig. Thora krijgt daarom pas een diepere betekenis als men Thora beziet vanuit de komst van Jezus. Men moet dus het Oude Testament lezen vanuit het Nieuwe Testament. Net al de Joden lezen: van achteren naar voren.
De brief aan de Hebreeën als sleutel
De brief aan de Hebreeën is namelijk een heel goede sleutel om het doel van de offers in Thora te verstaan. Dat is wat Luther doet in de verhandeling over Hebreeën 9:11-15. Overigens is het de schrijver van Hebreeën zelf die Luther op dit spoor brengt. Hoe kan het ook anders. Luther was een man van het Woord. De brief aan de Hebreeën stelt namelijk dat de offers uit de oude bedeling met de komst van Christus, het Offer, vervuld zijn.
De visie van Luther op het Oude Testament
We beschreven hierboven maar een deel van de visie van Luther op het Oude Testament. Eerlijkheidshalve moeten we vaststellen dat Luther meer op had met het Nieuwe Testament dan met het Oude Testament. Het Nieuwe Testament spreekt veelal rechtstreeks over Jezus en dat beviel Luther heel goed want het was hem te doen om het heil in Jezus. Dat had wel een keerzijde! Boeken die dat minder doen, achtte Luther van minder belang en gezag (Esther, brief van Jacobus)
Jezus is het grote Offer van God
Jezus is het grote Offer van God. God offerde Hem aan het kruis op voor gevallen zondaren en elke preek is als het goed is een offerte van God aan gevallen zondaren. In de preek wordt Hij aangeboden (offerte) als het grote Offer dat God bracht in Zijn Zoon. Kortom, in Thora en met name Leviticus 16 klopt het hart van God net als in Johannes 3:16.
Het hart van Thora
Thora is meer dan de eisende wet
In dit boek laat Monshouwer zien dat het hart van Thora druipt van het bloed van de vergeving. Meestal vertaalt men Thora met wet en dan denkt men alleen aan de tien geboden die Mozes gaf. Thora heeft zodoende een negatieve klant gekregen. Thora is dan de eisende wet van God en voor die wet schiet iedereen tekort. Thora is echter meer dan de eisende wet.
De verklaring van de titel van dit boek
Inderdaad vormen de 10 geboden een onderdeel van Thora. Toch is Thora meer dan dat. De Jood Martin Buber vertaalt Thora met WEISUNG dat wil zeggen richtingaanwijzer. Thora geeft de goede richting aan het leven.
Monshouwer stelt dat het hart van Thora het boek Leviticus is. Het is het middelste boek van de 5 boeken van Thora. Het midden van Leviticus is ongeveer Leviticus 16. Leviticus 16 is het centrum en het hart van Thora. Hier klopt het vergevingsgezinde hart van Gods voor zondaren. In Leviticus 16 staat namelijk de grote verzoendag centraal (jom kippoer). Deze verzoendag wijst heen naar het grote zoenoffer op Golgotha door Jezus. Zo bezien is Thora niet zuiver wet maar reeds evangelie in de knop (Kohlbrugge). In het Nieuwe Testament gaat de bloem van het evangelie helemaal open met de komst van Jezus.
De uitwaaiering van Leviticus 16
De vergeving is het centrum en hart van Thora. Vanuit die vergeving wordt men opgeroepen om God en de naaste te dienen. De heiligheidswetten in Leviticus, die stellen dat men heilig voor God moet leven, hebben hun draagvlak in Leviticus 16. Alleen vanuit het Offer kan men weer rein leven voor God. Telkens heeft men dit Offer nodig omdat men Gods eisen in eigen kracht niet kan volbrengen. Thora is dus veel meer dan wet. Het geeft door de vergevende kracht van het bloed van Jezus (Leviticus 16) ook richting aan het leven. Men gaat het leven inrichten overeenkomstig Gods wil en wet. Dit kan alleen door Zijn vergevende kracht. Zo vangt het nieuwe leven aan.
Luther en de ceremoniën in Thora
In een verhandeling over Hebreeën 9:11-15 over de Hogepriester Jezus stelt Luther dat Jezus het hogepriesterschap van het Oude Testament vervuld. In het Oude Testament is Hij in de schaduw en knop aanwezig (zoals in Leviticus 16). Pas in het Nieuwe Testament is Hij er Zelf als de Zon en de Roos van Saron. In Thora is Jezus dus in knop aanwezig. Thora krijgt daarom pas een diepere betekenis als men Thora beziet vanuit de komst van Jezus. Men moet dus het Oude Testament lezen vanuit het Nieuwe Testament. Net al de Joden lezen: van achteren naar voren.
De brief aan de Hebreeën als sleutel
De brief aan de Hebreeën is namelijk een heel goede sleutel om het doel van de offers in Thora te verstaan. Dat is wat Luther doet in de verhandeling over Hebreeën 9:11-15. Overigens is het de schrijver van Hebreeën zelf die Luther op dit spoor brengt. Hoe kan het ook anders. Luther was een man van het Woord. De brief aan de Hebreeën stelt namelijk dat de offers uit de oude bedeling met de komst van Christus, het Offer, vervuld zijn.
De visie van Luther op het Oude Testament
We beschreven hierboven maar een deel van de visie van Luther op het Oude Testament. Eerlijkheidshalve moeten we vaststellen dat Luther meer op had met het Nieuwe Testament dan met het Oude Testament. Het Nieuwe Testament spreekt veelal rechtstreeks over Jezus en dat beviel Luther heel goed want het was hem te doen om het heil in Jezus. Dat had wel een keerzijde! Boeken die dat minder doen, achtte Luther van minder belang en gezag (Esther, brief van Jacobus)
Jezus is het grote Offer van God
Jezus is het grote Offer van God. God offerde Hem aan het kruis op voor gevallen zondaren en elke preek is als het goed is een offerte van God aan gevallen zondaren. In de preek wordt Hij aangeboden (offerte) als het grote Offer dat God bracht in Zijn Zoon. Kortom, in Thora en met name Leviticus 16 klopt het hart van God net als in Johannes 3:16.