Nicolaas van Lyra (1270-1349)
Zijn afkomst en leven
Nicolaas werd geboren in 1270 in de plaats Lier (Latijn: Lyra) in Normandië. Hij onderging sterke invloed van rabbi Rasji, een bekende middeleeuwse rabbijn die sterk de nadruk legde op de tekst zelf. Mogelijkerwijs was Nicolaas van Joodse afkomst. Hij was in dat geval een Messias belijdende Jood (zie Willem Westerbeeke 'Jezus is de Messias. Messias belijdende Joden in Europa en Nederland die de Messias hebben aangenomen'. p. 24). .
Zijn nadruk op de letterlijke tekst Nicolaas van Lyra schreef 'Postillae perpetuae in Vetus et Novum Testamentum'. In het eerste deel, dat 50 boeken omvatte, legde hij sterk de nadruk op de letter van de tekst, de zogenaamde sensus literalis (zie dr W. de Greef. De ware uitleg. Hervormers en hun verklaring van de Bijbel p. 24). Dit was uniek daar in de middeleeuwen de letterlijke tekst verwaarloosd werd en achterbleef bij de geestelijke uitleg van de tekst (de zogenaamde allegorie, andere duiding). Via de geestelijke duiding en het achterstellen van de letterlijke betekenis van de tekst wist men de leer van de kerk te handhaven (The Encyclopedia of Christianity volume 2, p. 241 ). Lyra gebruikte de grondtekst en niet de Vulgata, de zeer gezaghebbende Latijnse vertaling die de kerk als enige juiste vertaling zag. Lyra ging echter niet in tegen de leer van de kerk.
Zijn betekenis voor Luther
Luther richtte zich eveneens op de letter van de tekst en maakte gebruik van de geschriften van Nicolaas van Lyra (te weten: Postillae perpetuae in Vetus et Novum Testamentum). Luther echter ging wel tegen de leer van de kerk in. Hij stelde de leer van de Schrift boven die van de kerk. Luther maakte gretig gebruik van de geschriften van Nicolaas van Lyra vanwege diens gerichtheid op de letterlijke uitleg van de tekst. Wel dient men de letterlijke tekst geestelijk te verstaan en is Jezus het centrum van de Schrift, zo stelde Luther. Luther vertrouwde de geestelijke uitleg van de tekst zoals de kerk die uitdroeg niet. Daarom raadpleegde hij de geschriften van Lyra. Om die reden ontstond de volgende spreuk: 'Als Lyra niet op de lier had gespeeld, zou Luther niet gedanst hebben' (Si Lyra non lyrasset, Lutherus non saltasset).
De oorzaak van het vergeestelijken in onze tijd Luther ging uit van de letterlijke tekst. In bevindelijke kring vergeestelijkt men graag de geschiedenissen van Jozef en Ruth om zo leiding te geven aan het geestelijke leven. Ondertussen creëert men een eigen leer die weer gebaseerd is op de gekleurde geloofsbeleving van het gezelschapsleven. Hoe is deze leer de kerk ingekomen? Dit komt doordat een aantal predikers de gezelschapsmensen liever te vriend hield dan dat zij de Schrift onderzochten en de leer van de Reformatie. Vooral na 1834 kreeg het gezelschapsleven, kerkjes buiten de kerk, het voor het zeggen. De oorzaak hiervan was dat predikanten van de vaderlandse kerk het Schriftgezag ter discussie stelden. Men nam bijvoorbeeld een steen mee de kansel op om op die manier aan te tonen dat de hemelvaart niet letterlijk heeft plaatsgevonden. Hierdoor vertrouwden de vromen de theologen niet meer. Zij meenden de leiding te moeten nemen en kregen het in bepaalde afgescheiden kerken voor het zeggen. Predikanten namen hun visie over. Met als gevolg dat letterlijke tekst en de grondtekst uit zicht verdwenen of werden omgebogen richting het geloofsleven van het gezelschapsleven.
Welke kant het op moet
Daarom zou beter zijn als dit soort predikanten eens de brief aan de Romeinen en Galaten naar voren zouden stellen, zoals Luther ook deed, in plaats van het vergeestelijken van de geschiedenissen van Jozef en Ruth. In deze brieven staan Jezus en de vergeving van de zonde vanwege Zijn werk centraal. De kanttekenaren van de Statenvertaling merken op in hun voorwoord bij de brief van de Romeinen dat het 'een korte en bondige verklaring is van de voornaamste hoofdstukken van de Christelijke godsdienst is en van al de weldaden die wij in Christus en door Christus van God ontvangen. Deze brief wordt volgens hen met recht een sleutel van het rechte verstaan der gehele Schrift genoemd. Luther 'woonde' in deze brief en met deze brief is de Reformatie begonnen. Zonder grondige kennis van de brief aan de Romeinen zal de Reformatie stuklopen in de verstarde lekentheologie van het gezelschapsleven aan de ene kant of de vrijblijvendheid van de vrijzinnigheid aan de andere kant.
Zijn afkomst en leven
Nicolaas werd geboren in 1270 in de plaats Lier (Latijn: Lyra) in Normandië. Hij onderging sterke invloed van rabbi Rasji, een bekende middeleeuwse rabbijn die sterk de nadruk legde op de tekst zelf. Mogelijkerwijs was Nicolaas van Joodse afkomst. Hij was in dat geval een Messias belijdende Jood (zie Willem Westerbeeke 'Jezus is de Messias. Messias belijdende Joden in Europa en Nederland die de Messias hebben aangenomen'. p. 24). .
Zijn nadruk op de letterlijke tekst Nicolaas van Lyra schreef 'Postillae perpetuae in Vetus et Novum Testamentum'. In het eerste deel, dat 50 boeken omvatte, legde hij sterk de nadruk op de letter van de tekst, de zogenaamde sensus literalis (zie dr W. de Greef. De ware uitleg. Hervormers en hun verklaring van de Bijbel p. 24). Dit was uniek daar in de middeleeuwen de letterlijke tekst verwaarloosd werd en achterbleef bij de geestelijke uitleg van de tekst (de zogenaamde allegorie, andere duiding). Via de geestelijke duiding en het achterstellen van de letterlijke betekenis van de tekst wist men de leer van de kerk te handhaven (The Encyclopedia of Christianity volume 2, p. 241 ). Lyra gebruikte de grondtekst en niet de Vulgata, de zeer gezaghebbende Latijnse vertaling die de kerk als enige juiste vertaling zag. Lyra ging echter niet in tegen de leer van de kerk.
Zijn betekenis voor Luther
Luther richtte zich eveneens op de letter van de tekst en maakte gebruik van de geschriften van Nicolaas van Lyra (te weten: Postillae perpetuae in Vetus et Novum Testamentum). Luther echter ging wel tegen de leer van de kerk in. Hij stelde de leer van de Schrift boven die van de kerk. Luther maakte gretig gebruik van de geschriften van Nicolaas van Lyra vanwege diens gerichtheid op de letterlijke uitleg van de tekst. Wel dient men de letterlijke tekst geestelijk te verstaan en is Jezus het centrum van de Schrift, zo stelde Luther. Luther vertrouwde de geestelijke uitleg van de tekst zoals de kerk die uitdroeg niet. Daarom raadpleegde hij de geschriften van Lyra. Om die reden ontstond de volgende spreuk: 'Als Lyra niet op de lier had gespeeld, zou Luther niet gedanst hebben' (Si Lyra non lyrasset, Lutherus non saltasset).
De oorzaak van het vergeestelijken in onze tijd Luther ging uit van de letterlijke tekst. In bevindelijke kring vergeestelijkt men graag de geschiedenissen van Jozef en Ruth om zo leiding te geven aan het geestelijke leven. Ondertussen creëert men een eigen leer die weer gebaseerd is op de gekleurde geloofsbeleving van het gezelschapsleven. Hoe is deze leer de kerk ingekomen? Dit komt doordat een aantal predikers de gezelschapsmensen liever te vriend hield dan dat zij de Schrift onderzochten en de leer van de Reformatie. Vooral na 1834 kreeg het gezelschapsleven, kerkjes buiten de kerk, het voor het zeggen. De oorzaak hiervan was dat predikanten van de vaderlandse kerk het Schriftgezag ter discussie stelden. Men nam bijvoorbeeld een steen mee de kansel op om op die manier aan te tonen dat de hemelvaart niet letterlijk heeft plaatsgevonden. Hierdoor vertrouwden de vromen de theologen niet meer. Zij meenden de leiding te moeten nemen en kregen het in bepaalde afgescheiden kerken voor het zeggen. Predikanten namen hun visie over. Met als gevolg dat letterlijke tekst en de grondtekst uit zicht verdwenen of werden omgebogen richting het geloofsleven van het gezelschapsleven.
Welke kant het op moet
Daarom zou beter zijn als dit soort predikanten eens de brief aan de Romeinen en Galaten naar voren zouden stellen, zoals Luther ook deed, in plaats van het vergeestelijken van de geschiedenissen van Jozef en Ruth. In deze brieven staan Jezus en de vergeving van de zonde vanwege Zijn werk centraal. De kanttekenaren van de Statenvertaling merken op in hun voorwoord bij de brief van de Romeinen dat het 'een korte en bondige verklaring is van de voornaamste hoofdstukken van de Christelijke godsdienst is en van al de weldaden die wij in Christus en door Christus van God ontvangen. Deze brief wordt volgens hen met recht een sleutel van het rechte verstaan der gehele Schrift genoemd. Luther 'woonde' in deze brief en met deze brief is de Reformatie begonnen. Zonder grondige kennis van de brief aan de Romeinen zal de Reformatie stuklopen in de verstarde lekentheologie van het gezelschapsleven aan de ene kant of de vrijblijvendheid van de vrijzinnigheid aan de andere kant.