Samenvatting
Jarenlang geloofde David Sörensen ook rotsvast in de evolutie... tot hij zelf op onderzoek uitging! Tijdens zijn onderzoek deed hij een aantal ontstellende ontdekkingen. Hij ontdekte namelijk dat het helemaal niet waar is dat er bewijzen zijn voor evolutie. Sterker nog: in werkelijkheid blijken de feiten juist regelrecht tegen de evolutietheorie in te gaan! Hij was daarover zo verontwaardigd, dat hij besloot dit boek te schrijven. Een boek dat jou helpt de waarheid te ontdekken over je oorsprong.
De schrijver
David Sörensen (1972, Vlaanderen) kwam op zijn negentiende tot geloof. Na zijn ommekeer besloot David al zijn gaven in te zetten om mensen de verlossing door te geven die hij zelf had ervaren.
Tien jaar lang hebben David en zijn vrouw Renate samen God gediend in Vlaanderen, waar ze pionierswerk hebben gedaan. Ze hielpen mensen om in hun bestemming met God te komen en om door te breken tot diepere dimensies van Gods heerlijkheid en vrijheid.
Sinds 2011 wonen ze in Nederland, vanwaar ze meestrijden voor een geestelijke transformatie in het land. David en Renate hebben drie kinderen.
Zijn persoonlijke zoektocht
David Sörensen is natuurfotograaf. In het laatste deel van het boek staan prachtige foto's van de schoonheid van de natuur. Die natuur is Gods schepping. De schrijvers van de Psalmen (bijv. Psalm 104) raakten in de bekoring van de schoonheid van de natuur. David is ook in dat spoor gegaan... Dat is niet van zelfsprekend. Toen hij op de middelbare school zat geloofde hij in evolutie. Dit kwam doordat zijn leraren zeiden dat er genoeg bewijzen voor evolutie waren. Maar door veel te lezen kwam David op een ander spoor. In dit boek doet hij verslag van dit spoor dat leidt naar God, onze Schepper.
De inhoud van het boek
Ik behandel een zestal invalshoeken die als een rode draad door dit boek lopen en die leiden naar de grote Ontwerper, onze Schepper. Daarna rond ik deze boekbespreking af met een beoordeling.
Invalshoek 1: De vooringenomenheid van Darwin
Robert E. D. Clark die een biografie schreef over Darwin stelt dat Darwin al voor diens wereldreis op het schip de 'Beagle' overtuigd was van de evolutietheorie door het lezen van een boek van Malthus. Darwin zou een namelijk een hardnekkige afkeer hebben gehad van het scheppingsverslag uit de Bijbel en de evolutietheorie was een welkome vervanger voor het scheppingsverhaal. Daarna trok Darwin met het schip de 'Beagle' op zoek naar mogelijke bewijzen. Darwin echter wekte volgens Clark overal de indruk dat hij, na twintig jaar onderzoek, gedwongen werd door de vele bewijzen in een algemene evolutie te geloven.
Invalshoek 2: Het begrip natuurlijke selectie nader bekeken
In de natuur lijkt het dat de sterksten binnen een soort allerlei crises overleven. Dat is waar maar eveneens is waar dat de zwaksten ten ondergaan. Darwin richt zich op de sterksten. Volgens Darwin worden de sterksten namelijk steeds sterker en daar wringt zijn leer. Er komt volgens Darwin genetisch materiaal bij maar hoe kan dat? Natuurlijke selectie is volgens David Sörensen vooral een uitschakeling van de zwakkeren binnen een soort. De sterkeren worden door kruising met elkaar sterker maar daar is een grens aan. Het erfelijk genenmateriaal kan niet toenemen. Het kent een grens. Neem een schaap. Een schaap zal nooit weerbaar genoeg worden om een aanval van een hongerige wolf te weerstaan. Natuurlijke selectie zorgt dus niet voor de stappen waar de evolutietheorie van Darwin wel vanuit gaat en die stappen zijn nooit waargenomen.
Invalshoek 3: Complexiteit
Darwin zei zelf: "Te veronderstellen dat het oog - met al z'n weergaloze vernuftigheden om de scherpstelling aan te passen aan de verschillende afstanden, om de verschillende hoeveelheden licht toe te laten, om vorm- en kleurstoringen te corrigeren- door natuurlijke selectie gevormd kan worden, lijkt, ik geef toe, absurd in de hoogste graad". Sörensen zelf merkt op: "De cel is een complete chemische fabriek, een ongelooflijk geraffineerd systeem". Sörensen noemt vervolgens een achttal zaken die er plaatsvinden in slechts één cel en merkt vervolgens op: "Zoals je kunt zien, is een cel eigenlijk een complete chemische fabriek, met productie, invoer en uitvoer krachtcentrales, lopende banden, controleposten, enz.". (...) En dit georganiseerd systeem is toevallig tot stand gekomen, uit chaotische, dode materie..., zo beweert de evolutietheorie. Welnu in de moderne informatica weet men allang da informatie nooit uit niet-informatie ontstaat. En één van de belangrijkste wetten uit de hele natuurwetenschap, de tweede hoofdwet van de thermodynamica, stelt dat uit chaos nooit vanzelf orde voortkomt. Evenmin kan een duidelijk doel functionerend systeem vanzelf tot stand komen" (56-57)
Invalshoek 4: Systemen
David Sörensen merkt op: " Je moet je goed realiseren dat alle levende organismen op onze planeet volmaakte totaalconcepten zijn. Ze zijn stuk voor stuk ingenieuze meesterwerkjes, samengesteld uit verschillend perfect functionerende systemen. Al deze systemen zoals spijsvertering, zenuwstelsel, hersenen, skelet, zintuigen..., zijn op elkaar afgestemd en werken onderling samen als een wonderlijke eenheid. De minste verstoring van één systeem heeft een effect op het gehele organisme" (...) Evolutie beweert (...) dat alle bestaande systemen een ontzettend lange periode gebrekkig waren (...) Dat is zeggen dat een auto kan rijden met één wiel of een motor kan draaien zonder cilinders" (46-47)
Invalshoek 5: Technische wonderen
David Sörensen merkt op door te contrasteren: "Om een sprinkhaan in elkaar te kunnen zetten, moet je een genie zijn in de biologie, chemie, fysica wiskunde, informatica en nog veel meer..." (....) " Geen enkel mens heeft genoeg kennis om zo'n geraffineerd en perfect robotje te maken. De robotten die de mens maakt, zijn lomp, beperkt en onhandig. Ze kunnen niet voortplanten en niet zelf voor hun energievoorziening zorgen (...) Een sprinkhaan daarentegen is een 'robotje' met een graad van perfectie en efficiëntie die voor het menselijke verstand onbereikbaar is. Het wijst op een Verstand dat véél groter en krachtiger is dan alle verstandelijke vermogens van de mensheid samen" (106).
Invalshoek 6: schoonheid
Sörensen is natuurfotograaf en dat is te merken. Het boek bevat vele fraaie illustraties. Hij merkt op: "De schoonheid die in de natuur zichtbaar is, is van veel hoger niveau dan enig kunstenaar ooit zal kunnen benaderen. Al wat we kunnen doen, is ons erdoor laten inspireren. (...) Wat ook kenmerkend is aan de natuur, is de adembenemende schoonheid die veel vormen kenmerkt. Denk maar aan sommige bloemen, vlinders en vogels (117-118)
Na deze zestal invalhoeken aan de orde te hebben gesteld die allen erop wijzen dat de natuur geschapen is door onze Schepper stelt Sörensen Gods Woord aan de orde. Wat in het kort hier om neerkomt dat wij door onze val het eeuwige gelukzalige leven missen. Maar o wonder van genade! God zond zijn Zoon naar de aarde om voor ons te lijden en sterven en wie in Hem gelooft, zal straks altijd mogen leven op de nieuwe aarde en dan volmaakt zonder zonde.
Beoordeling
Plussen
Het boek wat uitgegeven is door Gideonboeken is zeer vlot en helder geschreven en heel fraai geïllustreerd. Je kunt merken dat Sörensen fotograaf is. De natuurfoto's zijn bewonderingswaardig. De schrijfstijl van Sörensen zou je kunnen omschrijven als populairwetenschappelijk. Vooral jongeren die twijfelen aan de schepping geeft hij genoeg stof tot nadenken mee. Het boek is daarom heel goed bruikbaar in het christelijke onderwijs. Vanuit diverse discipline's benadert hij de schepping (natuurkunde, biologie, informatica en techniek).
Minnen
Zijn stijl is hier en daar op het scherpst van de snede. Dat mag maar Sörensen lijkt in het vuur van zijn betoog soms meer op de man te spelen dan op de bal. Zo gaat Sörensen er met een gestrekt been in als hij zegt: "want heel wat wetenschappers die de evolutie onderwijzen, willen je alleen maar zand in de ogen strooien (45)". Ook noemt hij de evolutietheorie een zeepbel maar merkt daar dan bij op dat het niet spottend bedoeld is maar meer confronterend (50). De ondertitel wijst ook in die richting: "Onthutsende onthullingen over de Evolutietheorie". In hoofdstuk 1 spreekt hij spottend van de fantastische evolutietheorie (19). Zo'n scherpe benadering is op zich niet verkeerd maar de vraag is wel of het een jongere die natuurwetenschappen studeert en in de ban is van de evolutietheorie over de streep zal trekken. Hij zal zich in elk geval niet serieus genomen voelen.
Eindoordeel
Dit bovenstaande neemt niet weg dat Sörensen een goed leesbaar boek heeft geschreven met goede informatie voor wie meer wil weten over de zwakte van de Evolutietheorie. Neem en lees zou ik zeggen.
Het boek is bestelbaar bij: https://www.gideonboeken.nl/er-klopt-niks-van
Jarenlang geloofde David Sörensen ook rotsvast in de evolutie... tot hij zelf op onderzoek uitging! Tijdens zijn onderzoek deed hij een aantal ontstellende ontdekkingen. Hij ontdekte namelijk dat het helemaal niet waar is dat er bewijzen zijn voor evolutie. Sterker nog: in werkelijkheid blijken de feiten juist regelrecht tegen de evolutietheorie in te gaan! Hij was daarover zo verontwaardigd, dat hij besloot dit boek te schrijven. Een boek dat jou helpt de waarheid te ontdekken over je oorsprong.
De schrijver
David Sörensen (1972, Vlaanderen) kwam op zijn negentiende tot geloof. Na zijn ommekeer besloot David al zijn gaven in te zetten om mensen de verlossing door te geven die hij zelf had ervaren.
Tien jaar lang hebben David en zijn vrouw Renate samen God gediend in Vlaanderen, waar ze pionierswerk hebben gedaan. Ze hielpen mensen om in hun bestemming met God te komen en om door te breken tot diepere dimensies van Gods heerlijkheid en vrijheid.
Sinds 2011 wonen ze in Nederland, vanwaar ze meestrijden voor een geestelijke transformatie in het land. David en Renate hebben drie kinderen.
Zijn persoonlijke zoektocht
David Sörensen is natuurfotograaf. In het laatste deel van het boek staan prachtige foto's van de schoonheid van de natuur. Die natuur is Gods schepping. De schrijvers van de Psalmen (bijv. Psalm 104) raakten in de bekoring van de schoonheid van de natuur. David is ook in dat spoor gegaan... Dat is niet van zelfsprekend. Toen hij op de middelbare school zat geloofde hij in evolutie. Dit kwam doordat zijn leraren zeiden dat er genoeg bewijzen voor evolutie waren. Maar door veel te lezen kwam David op een ander spoor. In dit boek doet hij verslag van dit spoor dat leidt naar God, onze Schepper.
De inhoud van het boek
Ik behandel een zestal invalshoeken die als een rode draad door dit boek lopen en die leiden naar de grote Ontwerper, onze Schepper. Daarna rond ik deze boekbespreking af met een beoordeling.
Invalshoek 1: De vooringenomenheid van Darwin
Robert E. D. Clark die een biografie schreef over Darwin stelt dat Darwin al voor diens wereldreis op het schip de 'Beagle' overtuigd was van de evolutietheorie door het lezen van een boek van Malthus. Darwin zou een namelijk een hardnekkige afkeer hebben gehad van het scheppingsverslag uit de Bijbel en de evolutietheorie was een welkome vervanger voor het scheppingsverhaal. Daarna trok Darwin met het schip de 'Beagle' op zoek naar mogelijke bewijzen. Darwin echter wekte volgens Clark overal de indruk dat hij, na twintig jaar onderzoek, gedwongen werd door de vele bewijzen in een algemene evolutie te geloven.
Invalshoek 2: Het begrip natuurlijke selectie nader bekeken
In de natuur lijkt het dat de sterksten binnen een soort allerlei crises overleven. Dat is waar maar eveneens is waar dat de zwaksten ten ondergaan. Darwin richt zich op de sterksten. Volgens Darwin worden de sterksten namelijk steeds sterker en daar wringt zijn leer. Er komt volgens Darwin genetisch materiaal bij maar hoe kan dat? Natuurlijke selectie is volgens David Sörensen vooral een uitschakeling van de zwakkeren binnen een soort. De sterkeren worden door kruising met elkaar sterker maar daar is een grens aan. Het erfelijk genenmateriaal kan niet toenemen. Het kent een grens. Neem een schaap. Een schaap zal nooit weerbaar genoeg worden om een aanval van een hongerige wolf te weerstaan. Natuurlijke selectie zorgt dus niet voor de stappen waar de evolutietheorie van Darwin wel vanuit gaat en die stappen zijn nooit waargenomen.
Invalshoek 3: Complexiteit
Darwin zei zelf: "Te veronderstellen dat het oog - met al z'n weergaloze vernuftigheden om de scherpstelling aan te passen aan de verschillende afstanden, om de verschillende hoeveelheden licht toe te laten, om vorm- en kleurstoringen te corrigeren- door natuurlijke selectie gevormd kan worden, lijkt, ik geef toe, absurd in de hoogste graad". Sörensen zelf merkt op: "De cel is een complete chemische fabriek, een ongelooflijk geraffineerd systeem". Sörensen noemt vervolgens een achttal zaken die er plaatsvinden in slechts één cel en merkt vervolgens op: "Zoals je kunt zien, is een cel eigenlijk een complete chemische fabriek, met productie, invoer en uitvoer krachtcentrales, lopende banden, controleposten, enz.". (...) En dit georganiseerd systeem is toevallig tot stand gekomen, uit chaotische, dode materie..., zo beweert de evolutietheorie. Welnu in de moderne informatica weet men allang da informatie nooit uit niet-informatie ontstaat. En één van de belangrijkste wetten uit de hele natuurwetenschap, de tweede hoofdwet van de thermodynamica, stelt dat uit chaos nooit vanzelf orde voortkomt. Evenmin kan een duidelijk doel functionerend systeem vanzelf tot stand komen" (56-57)
Invalshoek 4: Systemen
David Sörensen merkt op: " Je moet je goed realiseren dat alle levende organismen op onze planeet volmaakte totaalconcepten zijn. Ze zijn stuk voor stuk ingenieuze meesterwerkjes, samengesteld uit verschillend perfect functionerende systemen. Al deze systemen zoals spijsvertering, zenuwstelsel, hersenen, skelet, zintuigen..., zijn op elkaar afgestemd en werken onderling samen als een wonderlijke eenheid. De minste verstoring van één systeem heeft een effect op het gehele organisme" (...) Evolutie beweert (...) dat alle bestaande systemen een ontzettend lange periode gebrekkig waren (...) Dat is zeggen dat een auto kan rijden met één wiel of een motor kan draaien zonder cilinders" (46-47)
Invalshoek 5: Technische wonderen
David Sörensen merkt op door te contrasteren: "Om een sprinkhaan in elkaar te kunnen zetten, moet je een genie zijn in de biologie, chemie, fysica wiskunde, informatica en nog veel meer..." (....) " Geen enkel mens heeft genoeg kennis om zo'n geraffineerd en perfect robotje te maken. De robotten die de mens maakt, zijn lomp, beperkt en onhandig. Ze kunnen niet voortplanten en niet zelf voor hun energievoorziening zorgen (...) Een sprinkhaan daarentegen is een 'robotje' met een graad van perfectie en efficiëntie die voor het menselijke verstand onbereikbaar is. Het wijst op een Verstand dat véél groter en krachtiger is dan alle verstandelijke vermogens van de mensheid samen" (106).
Invalshoek 6: schoonheid
Sörensen is natuurfotograaf en dat is te merken. Het boek bevat vele fraaie illustraties. Hij merkt op: "De schoonheid die in de natuur zichtbaar is, is van veel hoger niveau dan enig kunstenaar ooit zal kunnen benaderen. Al wat we kunnen doen, is ons erdoor laten inspireren. (...) Wat ook kenmerkend is aan de natuur, is de adembenemende schoonheid die veel vormen kenmerkt. Denk maar aan sommige bloemen, vlinders en vogels (117-118)
Na deze zestal invalhoeken aan de orde te hebben gesteld die allen erop wijzen dat de natuur geschapen is door onze Schepper stelt Sörensen Gods Woord aan de orde. Wat in het kort hier om neerkomt dat wij door onze val het eeuwige gelukzalige leven missen. Maar o wonder van genade! God zond zijn Zoon naar de aarde om voor ons te lijden en sterven en wie in Hem gelooft, zal straks altijd mogen leven op de nieuwe aarde en dan volmaakt zonder zonde.
Beoordeling
Plussen
Het boek wat uitgegeven is door Gideonboeken is zeer vlot en helder geschreven en heel fraai geïllustreerd. Je kunt merken dat Sörensen fotograaf is. De natuurfoto's zijn bewonderingswaardig. De schrijfstijl van Sörensen zou je kunnen omschrijven als populairwetenschappelijk. Vooral jongeren die twijfelen aan de schepping geeft hij genoeg stof tot nadenken mee. Het boek is daarom heel goed bruikbaar in het christelijke onderwijs. Vanuit diverse discipline's benadert hij de schepping (natuurkunde, biologie, informatica en techniek).
Minnen
Zijn stijl is hier en daar op het scherpst van de snede. Dat mag maar Sörensen lijkt in het vuur van zijn betoog soms meer op de man te spelen dan op de bal. Zo gaat Sörensen er met een gestrekt been in als hij zegt: "want heel wat wetenschappers die de evolutie onderwijzen, willen je alleen maar zand in de ogen strooien (45)". Ook noemt hij de evolutietheorie een zeepbel maar merkt daar dan bij op dat het niet spottend bedoeld is maar meer confronterend (50). De ondertitel wijst ook in die richting: "Onthutsende onthullingen over de Evolutietheorie". In hoofdstuk 1 spreekt hij spottend van de fantastische evolutietheorie (19). Zo'n scherpe benadering is op zich niet verkeerd maar de vraag is wel of het een jongere die natuurwetenschappen studeert en in de ban is van de evolutietheorie over de streep zal trekken. Hij zal zich in elk geval niet serieus genomen voelen.
Eindoordeel
Dit bovenstaande neemt niet weg dat Sörensen een goed leesbaar boek heeft geschreven met goede informatie voor wie meer wil weten over de zwakte van de Evolutietheorie. Neem en lees zou ik zeggen.
Het boek is bestelbaar bij: https://www.gideonboeken.nl/er-klopt-niks-van